Operation Manual

230
INDESIGN GEBRUIKEN
Stijlen
Laatst bijgewerkt 20/5/2011
Objectstijlen toepassen
Wanneer u een objectstijl op een groep objecten toepast, wordt de objectstijl op elk object in de groep toegepast. Als u
een objectstijl op een groep objecten wilt toepassen, dient u de objecten in een kader te nesten. (U kunt bijvoorbeeld
met de opdracht Bewerken > Plakken een object in een kader plakken.)
1 Selecteer een object, kader of groep.
2 Klik op een objectstijl in het regelpaneel of in het deelvenster Objectstijlen om een stijl toe te passen.
Als u de optie Overschrijvingen wissen bij toepassen van stijl in het deelvenster Objectstijlen kiest en u klikt op een
objectstijl, worden overschrijvingen standaard gewist. Als deze optie niet is ingeschakeld, kunt u Alt ingedrukt houden
en klikken (Windows) of Option ingedrukt houden en klikken (Mac OS) op de objectstijl om tijdens het toepassen van
de stijl overschrijvingen te wissen.
U kunt een stijl ook toepassen zonder eerst het object te hoeven selecteren door de objectstijl naar het object te slepen.
Als er een groep is geselecteerd wanneer u een objectstijl toepast, wordt de stijl op elk object in de groep toegepast.
Nadat u een stijl hebt toegepast, kunt u desgewenst andere instellingen op het object toepassen. Hoewel u een instelling
die in de stijl is gedefinieerd, kunt overschrijven, wordt de verbinding met de stijl niet verbroken.
Meer Help-onderwerpen
Snel toepassen gebruiken” op pagina 260
Standaardobjectstijlen gebruiken
Voor elk nieuw document wordt in het deelvenster Objectstijlen een standaardset met objectstijlen weergegeven.
Wanneer u een object maakt, wordt er een objectstijl op toegepast. Als u een tekstkader maakt, wordt standaard de
objectstijl [Basistekstkader] toegepast. De objectstijl [Basisafbeeldingskader] wordt toegepast wanneer u een pad of
vorm tekent. Plaatst u een afbeelding of tekent u een vorm voor een plaatsaanduiding met een X erin, dan wordt de
objectstijl [Geen] toegepast. U kunt een andere objectstijl als de standaardobjectstijl voor tekst- en afbeeldingskaders
selecteren.
U wijzigt de standaardstijl voor een tekstkader door Standaardtekstkaderstijl in het menu van het deelvenster
Objectstijlen te kiezen en vervolgens de objectstijl te selecteren.
U wijzigt de standaardstijl voor een afbeeldingskader door Standaardafbeeldingskaderstijl in het menu van het
deelvenster Objectstijlen te kiezen en vervolgens de objectstijl te selecteren.
Om de standaardstijl voor een objecttype te wijzigen, sleept u het pictogram dat het standaardobjecttype aangeeft,
van de ene objectstijl naar een andere objectstijl.
Opmerking: Als u een objectstijl selecteert als er geen kader is geselecteerd, wordt die objectstijl de nieuwe
standaardobjectstijl voor tekst of afbeeldingen, afhankelijk van het gereedschap dat in de gereedschapsset is geselecteerd.
U kunt de basisstijlen veranderen maar niet verwijderen.
Overschrijvingen objectstijl wissen
Een overschrijving wil zeggen dat de opmaak die is toegepast op een object, verschilt van een deel van de stijldefinitie
die is toegepast op dat object. Wanneer u een object met een overschrijving selecteert, staat er een plusteken (+) naast
de naam van de stijl.