Operation Manual
124
INDESIGN GEBRUIKEN
Werken met documenten
Laatst bijgewerkt 20/5/2011
• JPEG-opties (Kwaliteit afbeelding) Hiermee kunt u voor elke gemaakte JPEG-afbeelding een afweging maken
tussen compressie (voor kleinere bestanden) en kwaliteit van de afbeelding. Een lage resolutie levert het kleinste
bestand op, maar resulteert ook in de slechtste kwaliteit.
• JPEG-opties (Indelingmethode) Hiermee kunt u bepalen hoe snel JPEG-afbeeldingen worden weergegeven
wanneer het bestand met de afbeelding op het web wordt geopend. Kies Progressief om de JPEG-afbeeldingen
geleidelijk en steeds gedetailleerder te laten weergeven als ze naar een webbrowser worden gedownload. (De bestanden
die met deze optie worden gemaakt, zijn iets groter en hebben meer RAM-geheugen nodig om te kunnen worden
weergegeven.) Kies Basislijn als u de JPEG-afbeeldingen pas wilt laten weergegeven wanneer ze helemaal zijn
gedownload. Zolang het bestand niet is gedownload, wordt er een leeg vak weergegeven.
Koppeling naar serverpad Met deze optie kunt u een lokale URL (zoals "afbeeldingen/") vóór het afbeeldingsbestand
invoeren en worden er geen afbeeldingen naar een submap geëxporteerd. In de HTML-code geeft het
koppelingskenmerk het pad en de extensie weer die u hebt opgegeven. Deze optie is vooral effectief wanneer u zelf
afbeeldingen in webcompatibele afbeeldingen omzet.
Opmerking: InDesign controleert niet het pad dat u opgeeft voor Java™-scripts, externe CSS-stijlen of afbeeldingsmappen.
U kunt de paden controleren met de HTML-editor.
Geavanceerde opties
Stel in het gebied Geavanceerd de CSS- en JavaScript-opties in.
CSS-opties Cascading Style Sheets (CSS) zijn een verzameling opmaakregels die de weergave van inhoud op een
webpagina bepalen. Wanneer u met CSS een pagina opmaakt, scheidt u de inhoud van de presentatie. De inhoud van
de pagina, de HTML-code, staat in het HTML-bestand, terwijl de CSS-regels die bepalen hoe de code wordt
weergegeven, in een ander bestand (een extern stijlblad) of in het HTML-document (doorgaans in de kopsectie) staan.
U kunt voor geselecteerde tekst bijvoorbeeld verschillende tekengrootten opgeven en met CSS de opmaak en plaatsing
van blokelementen op een webpagina bepalen.
• Ingesloten CSS Bij het exporteren naar XHTML kunt u een lijst met CSS-stijlen maken die in de kopsectie van het
HTML-bestand met declaraties (kenmerken) wordt weergegeven.
Als u Inclusief stijldefinities selecteert, probeert InDesign de kenmerken van de InDesign-tekstopmaak te laten
overeenkomen met CSS-equivalenten. Als u deze optie niet selecteert, bevat het HTML-bestand lege declaraties. U
kunt deze declaraties naderhand in bewerken in Dreamweaver.
Als u Lokale overschrijvingen behouden selecteert, wordt lokale opmaak zoals cursief of vet in het bestand
opgenomen.
• Geen CSS Selecteer deze optie als u het CSS-gedeelte uit het HTML-bestand wilt weglaten.
• Externe CSS Hiermee kunt u de URL van het externe CSS-stijlblad opgeven. Deze URL is doorgaans een relatieve
URL, zoals “/styles/style.css”. Er wordt in InDesign niet gecontroleerd of de CSS bestaat of geldig is. Met Dreamweaver
moet u dus de externe CSS-instelling bevestigen.
JavaScript-opties Selecteer Koppelen met extern JavaScript om een JavaScript uit te voeren wanneer de HTML-pagina
wordt geopend. Geef de URL van het JavaScript op. Deze URL is doorgaans een relatieve URL. Er wordt niet door
InDesign gecontroleerd of het JavaScript bestaat of geldig is.