Operation Manual

696
INDESIGN CS4 GEBRUIKEN
Inhoud delen tussen InCopy en InDesign
Als u een toewijzingsbestand opent, een InDesign-document opent of inhoud in InDesign of InCopy uitcheckt,
moeten de kaderranden zichtbaar zijn (Weergave > Kaderranden tonen) zodat u de kaderpictogrammen ziet
wanneer deze verschijnen.
Als u in InDesign bestanden uit de workflow moet verwijderen (bijvoorbeeld vanwege een productiedeadline),
kunt u deze bestanden ontkoppelen of een toewijzingspakket annuleren.
Zie ook
Inhoudsbestanden ontkoppelen (InDesign)” op pagina 716
Voorbeelden van een workflow met beheerde bestanden
Wanneer u workflowbeheer instelt tussen InCopy en InDesign, kunnen schrijvers en editors documenten
samenstellen, herschrijven, uitbreiden en bewerken op het moment dat ontwerpers de layout voorbereiden. Tot
gedeelde workflows behoren het beheren van bestanden op een lokale server, het delen van bestanden via e-
mailpakketten of een willekeurige combinatie van beide.
In deze workflow wordt ervan uitgegaan dat u een standaard InDesign-sjabloon met layoutgeometrie, stijlen en
plaatsaanduidingstekst hebt. Layoutgeometrie omvat pagina-afmetingen en tekst- en afbeeldingskaders. In InCopy
worden deze items gebruikt voor een juiste plaatsing van de gegevens op de pagina.
Workflow met een lokale server
1. Maak in InDesign toewijzingen en voeg er inhoud aan toe.
Hierdoor worden geëxporteerde tekst- en afbeeldingskaders in het beheerde proces samengevoegd, waar InCopy-
gebruikers deze kunnen schrijven en bewerken.
2. Maak de toewijzingsbestanden beschikbaar voor InCopy-gebruikers.
Sla de bestanden op een server op die voor alle workflowgebruikers toegankelijk is.
3. Open het toewijzingsbestand in InCopy, check een artikel of afbeelding uit en bewerk het artikel of de
afbeelding.
In InCopy worden de bestanden met inhoud die aan u is toegewezen, weergegeven in het deelvenster Toewijzingen.
Als u het bestand op een lokale server opslaat, worden de wijzigingen in het bestandssysteem opgeslagen en iedereen
die met dat document (de InDesign-layout of een ander bestand met beheerde inhoud in het document) werkt, wordt
op de hoogte gesteld van de wijzigingen. Deze gebruikers kunnen de inhoud bijwerken en de laatste wijzigingen
bekijken. De inhoud blijft uitgecheckt totdat u deze weer incheckt.
4. Werk in InDesign aan de layout.
InDesign-gebruikers kunnen met de documentlayout werken, of de inhoudsbestanden nu wel of niet in InCopy
worden bewerkt. Het document hoeft hiervoor niet te worden uitgecheckt. Wanneer de InCopy-gebruiker de
uitgecheckte inhoud opslaat, kan de InDesign-gebruiker die inhoud bijwerken in de layout en de laatste revisies
bekijken.
5. Ga in InCopy verder met uw werk.
Wanneer u de bewerkingen hebt doorgevoerd, checkt u de inhoud in. Andere gebruikers kunnen de inhoud
uitchecken en ermee werken. Als een gebruiker de layout gelijktijdig in InDesign wijzigt, kunt u de layoutgeometrie
tijdens uw werkzaamheden bijwerken en bekijken.