Operation Manual

INDESIGN CS3
Handboek
562
U wijzigt de plug-ins in de lijst door de desbetreffende opties onder Weergeven te selecteren of te deselecteren. Het
wijzigen van opties in deze sectie is alleen van invloed op de lijstweergave en niet op de status van de plug-ins.
U maakt een nieuwe plug-inset van een kopie van de actieve set door te klikken op Dupliceren, een naam voor de set op
te geven en te klikken op OK. De door u gemaakte set wordt de actieve set.
U wijzigt de naam van de actieve plug-inset door te klikken op Naam wijzigen, een naam voor de set op te geven en
vervolgens te klikken op OK.
U verwijdert de actieve set door te klikken op Verwijderen en vervolgens te klikken op OK als er een
waarschuwingsbericht verschijnt.
U importeert een bestand met plug-insets door te klikken op Importeren, het bestand met de sets die u wilt importeren
op te zoeken en te selecteren en vervolgens te klikken op OK. Bevat het te importeren bestand een set met dezelfde naam
als een bestaande set, dan wordt de geïmporteerde set hernoemd als een kopie. De eerste set in het bestand dat u
importeert, wordt de actieve set.
Opmerking: (Alleen Windows) Als u tijdens het importeren van plug-insets de optie Bestanden voor import naar plug-in-
beheer selecteert in het menu Bestandstypen in het dialoogvenster Een bestand openen, worden alleen de plug-insetbestanden
met de extensie .PSET weergegeven.
U exporteert alle aangepaste plug-insets naar één bestand door te klikken op Exporteren, vervolgens naar de map te gaan
waar u het bestand wilt opslaan, de optie Alle sets exporteren te selecteren en als laatste te klikken op Opslaan.
Plug-insets worden geëxporteerd met de bestandsextensie .PSET.
Voor meer gedetailleerde informatie over een plug-in selecteert u de plug-in en klikt u op de optie voor het tonen van
gegevens. Behalve informatie over de versie van een plug-in kunt u ook zien of een plug-in afhankelijk is van andere
plug-ins. Als u klaar bent, klikt u op OK om het dialoogvenster Plug-in-informatie te sluiten.
Ukuntdegegevensvanplug-insookbekijkendoortedubbelklikkenopdedesbetreffendeplug-inindelijst.
Gegevenssamenvoeging
Over het samenvoegen van gegevens
Voor het maken van standaardbrieven, enveloppen of adresetiketten voegt u een gegevensbronbestand samen met een
doeldocument.
Het gegevensbronbestand bevat de informatie die in elke versie van het doeldocument anders is, zoals de namen en de
adressen van de geadresseerden van een standaardbrief. Een gegevensbronbestand bestaat uit velden en records.Velden zijn
groepen met specifieke gegevens, zoals bedrijfsnamen of postcodes. Met records worden rijen met volledige gegevenssets
bedoeld, zoals de naam, het adres en de postcode van een bedrijf. Een gegevensbronbestand kan een kommagescheiden
(.CSV) of tabgescheiden (.TXT) bestand zijn, dat wil zeggen een gegevensindeling waarin elk deel met gegevens wordt
afgesloten door respectievelijk een komma of een tab.
Het doeldocument is een InDesign-document dat de plaatsaanduidingen voor de gegevensvelden bevat, plus alle vaste
gegevens, tekst en andere elementen die in elke versie van het samengevoegde document onveranderd blijven.
Het samengevoegde document is het resulterende InDesign-document met de vaste gegevens uit het doeldocument, die zo
vaak als nodig is, worden herhaald voor elke record uit de gegevensbron.