Operation Manual
INDESIGN CS3
Handboek
436
Prestaties bij het overvullen maximaliseren
Of u nu Adobe In-RIP-overvulling of geïntegreerde overvulling gebruikt, u kunt tijd besparen als u geen pagina's verwerkt
die niet moeten worden overgevuld, zoals pagina's met alleen zwarte tekst. U kunt met overvulvoorinstellingen het
overvullen voor alleen de gewenste paginabereiken inschakelen.
De snelheid waarmee geïntegreerde overvulling wordt uitgevoerd, wordt bepaald door de snelheid van de computer. Als u
op elke pagina van een groot document overvulling toepast, moet u de snelste computer gebruiken. Voor de ingebouwde
overvulling is veel ruimte op de vaste schijf nodig. Een snelle vaste schijf en dito gegevensbus zijn eigenlijk onontbeerlijk
voor de ingebouwde overvulling.
Als u de computer zoveel mogelijk beschikbaar wilt houden voor andere taken, kunt u Adobe RIP-overvulling gebruiken
omdat bij deze optie alle overvullingen op de RIP en niet op de computer worden verwerkt.
Schijfruimte reserveren voor geïntegreerde overvulling
Om de randen te overvullen van elke kleur die moet worden overgevuld, maakt het overvulprogramma meerdere paden
die alleen door het uitvoerapparaat worden gebruikt en niet in het document worden opgeslagen. Terwijl bij Adobe In-RIP-
overvulling deze extra paden worden verwerkt en opgeslagen op de RIP, wordt bij de geïntegreerde overvulling de vaste
schijf van de computer gebruikt als tijdelijk opslaggebied voor deze overvulpaden. Voordat u de geïntegreerde overvulling
gaat gebruiken, moet u zoveel mogelijk schijfruimte vrijmaken.
De benodigde schijfruimte hangt af van een groot aantal factoren. Het is dus niet mogelijk aan te geven hoeveel schijfruimte
er voor een bepaalde overvultaak nodig is. De benodigde schijfruimte wordt bepaald door:
• Aantal pagina's in de overvulbereiken
• Aantal overlappende gekleurde objecten
• Aantal te overvullen afbeeldingen
• Lengte van de tekst die moet worden overgevuld
• Resolutie van de uiteindelijke uitvoer
Als een afdruktaak waarbij de geïntegreerde overvulling wordt gebruikt, wordt onderbroken of als er te weinig schijfruimte
blijkt te zijn, kunnen overvulgegevens op de vaste schijf blijven staan. Indien nodig sluit u de toepassing af en verwijdert u
de tijdelijke gegevens uit de map C:\Temp (Windows). In Mac OS start u de computer opnieuw op.
Een document of boek overvullen
Wijzig de standaard overvulinstellingen alleen na overleg met het prepress-bureau en als u begrijpt hoe de overvulopties
werken voor uw specifieke documenten en afdrukomstandigheden.
Wanneer meerdere documenten in een boek worden overgevuld, moet u alle aangepaste overvulvoorinstellingen op de
paginabereiken binnen elk document van het boek toewijzen. U kunt de overvulinstellingen niet aan een boek toewijzen,
maar u kunt wel de conflicten oplossen die door voorinstellingen in een document worden veroorzaakt.
1 Maak indien nodig een overvulvoorinstelling met aangepaste instellingen voor het document en de afdruktaak.
2 Wijs de overvulvoorinstelling aan een paginabereik toe.
3 Kies Bestand > Afdrukken om het dialoogvenster Afdrukken te openen.
4 Selecteer Uitvoer in de lijst links.
5 Kies bij Kleur de optie Scheidingen of In-RIP-scheidingen, afhankelijk van wat u maakt: scheidingen op de host of in-
RIP-scheidingen.
6 Kies bij Overvullen een van de volgende opties:
• Overvulprogramma als u het overvulprogramma van InDesign wilt gebruiken.
• Adobe In-RIP. Deze optie werkt alleen als er wordt afgedrukt op een printer die Adobe In-RIP-overvulling ondersteunt.
7 Klik op Inktbeheer als uw prepress-bureau u heeft aangeraden uw inktinstellingen te wijzigen. Selecteer een inkt, stel de
opties in die uw prepress-bureau u heeft doorgegeven en klik op OK:
8 Geef indien nodig nog andere afdrukopties op en druk het document af door op Afdrukken te klikken.