Operation Manual

INDESIGN CS3
Handboek
158
Het deelvenster Alineastijlen openen
U opent het deelvenster Alineastijlen door Tekst > Alineastijlen te kiezen of door te klikken op de tab Alineastijlen die
standaard rechts in het toepassingsvenster wordt weergegeven.
Het deelvenster Tekenstijlen openen
Kies Tekst > Tekenstijlen of klik op de tab Tekenstijlen rechts in het toepassingsvenster.
Alinea- en tekenstijlen definiëren
1 Als u voor een nieuwe stijl de opmaak van een andere tekst wilt gebruiken, selecteert u de tekst en plaatst u de
invoegpositie in de tekst.
Als er in het deelvenster Stijlen een groep is geselecteerd, wordt de nieuwe stijl toegevoegd aan die groep.
2 Kies Nieuwe alineastijl in het menu van het deelvenster Alineastijlen of kies Nieuwe tekenstijl in het menu van het
deelvenster Tekenstijlen.
3 Typ bij Naam stijl een naam voor de nieuwe stijl.
4 Selecteer voor Gebaseerd op op welke stijl de huidige stijl moet worden gebaseerd.
Opmerking: Met de optie Gebaseerd op kunt u stijlen aan elkaar koppelen, zodat de wijzigingen in een stijl worden doorgevoerd
in de stijlen die op die stijl zijn gebaseerd. Nieuwe stijlen worden standaard gebaseerd op de stijl [Geen alineastijl] of [Geen] of
op de stijl van geselecteerde tekst.
5 Geef voor de optie Volgende stijl (alleen het deelvenster Alineastijlen) op welke stijl er na de huidige stijl wordt toegepast
wanneer u op Enter of Return drukt.
6 Om een sneltoets te kunnen toevoegen plaatst u de invoegpositie in het vak Sneltoets (de toets Num-Lock moet zijn
ingeschakeld). Houd Shift, Alt en Ctrl (Windows) of Shift, Option en Command (Mac OS) ingedrukt en druk op een toets
op het numerieke toetsenblok. U kunt sneltoetsen voor stijlen alleen definiëren met de toetsen van het toetsenblok.
7 Als u de nieuwe stijl op de geselecteerde tekst wilt toepassen, selecteert u de optie Stijl op selectie toepassen.
8 U geeft de opmaakkenmerken op door te klikken op een categorie (zoals Standaard tekenopmaak) links en door de
kenmerken op te geven die u aan de stijl wilt toevoegen.
Als u in het dialoogvenster Stijlopties een tekenkleur opgeeft, kunt u een nieuwe kleur maken door te dubbelklikken op het
vak voor lijn of vulling.
9 De kenmerken die u niet opgeeft voor tekenstijlen, worden genegeerd wanneer een tekenstijl wordt toegepast. De tekst
behoudt de opmaak van de alineastijl voor dat kenmerk. Een kenmerkinstelling uit een tekenstijl verwijderen:
Kies (Negeren) in het menu van een instelling.
Verwijder de optietekst in een tekstvak.
Klik op een selectievakje totdat u een klein vakje (Windows) of een koppelteken (-) (Mac OS) ziet.
Houd bij een tekenkleur Ctrl (Windows) of Command (Mac OS) ingedrukt en klik op het kleurenstaal.
10 Klik op OK als u de opmaakkenmerken hebt opgegeven.
De stijlen die u maakt, gelden alleen voor het huidige document.Alsergeendocumentisgeopendwanneerustijlenmaakt,
gelden die stijlen voor alle nieuwe documenten.
Zie ook
Stijlen groeperen” op pagina 174
Geneste stijlen maken” op pagina 165