Operation Manual
INDESIGN CS3
Handboek
95
Opmerking: Ingesloten afbeeldingen (afbeeldingen die met behulp van de opdracht Plakken in het originele document zijn
geplaatst) worden niet geconverteerd. Zie “Over koppelingen en ingesloten afbeeldingen” op pagina 328 voor meer informatie
over ingesloten afbeeldingen.
InDesign ondersteunt OLE of Quark XTensions niet. Als u bestanden met OLE- of Quark XTensions-afbeeldingen opent,
worden deze afbeeldingen dus niet in het InDesign-document weergegeven. Controleer het originele document als het
QuarkXPress-document niet wordt geconverteerd en verwijder objecten die met een XTension zijn gemaakt. Sla het bestand op
en converteer het opnieuw.
• Alle stramienpagina's en lagen worden naar InDesign-stramienen en -lagen geconverteerd.
• Alle objecten op een stramienpagina, inclusief QuarkXPress-hulplijnen, worden op de overeenkomende
stramienpagina's van InDesign geplaatst.
• Gegroepeerde objecten blijven gegroepeerd, behalve wanneer niet-afdrukbare items in de groep staan.
• Alle lijnen (ook alinealijnen) worden geconverteerd naar de lijnstijlen die er het meest op lijken. Aangepaste lijnen en
streepjes worden geconverteerd naar de aangepaste lijnen en streepjes in InDesign.
Kleuren worden exact geconverteerd naar InDesign-kleuren, behalve in de volgende gevallen:
• QuarkXPress-kleuren van meerdere inkten worden toegewezen aan gemengde inkten in InDesign, tenzij die kleuren niet
minstens één steunkleur bevatten. In dat geval worden dergelijke kleuren naar proceskleuren geconverteerd.
• QuarkXPress 4.1-kleuren uit de kleurbibliotheek worden op basis van hun CMYK-waarden geconverteerd.
• QuarkXPress 3.3 HSB-kleuren worden geconverteerd naar RGB en de kleuren uit de kleurbibliotheek worden op basis
van hun CMYK-waarden geconverteerd.
• QuarkXPress 4.1 HSB- en Lab-kleuren worden geconverteerd naar RGB en de kleuren uit de kleurbibliotheek worden
op basis van hun RGB/CMYK-waarden geconverteerd.
Meer informatie over andere conversieonderwerpen vindt u in de ondersteuningsdocumenten op de website van Adobe op
www.adobe.com.
PageMaker-documenten converteren
In InDesign kunnen document- en sjabloonbestanden vanuit Adobe PageMaker 6.0 en hoger worden geconverteerd.
Wanneer u een PageMaker-bestand opent, converteert InDesign de originele bestandsgegevens naar de indeling van
InDesign. InDesign-bestanden worden opgeslagen met de bestandsextensie .INDD.
Raadpleeg voor meer informatie de PageMaker-conversiehandleiding (PDF-bestand) op
www.adobe.com/go/learn_pmconv_nl.
Voordat u het document opent in InDesign, is het verstandig het volgende te doen:
• Als het PageMaker-bestand of de daaraan gekoppelde afbeeldingen zich op een netwerkserver, diskette of verwijderbaar
station bevinden, kan het zijn dat het bestand niet goed geopend wordt als de gegevensoverdracht onderbroken wordt.
U voorkomt problemen met het overbrengen van bestanden door de documenten en de bijbehorende koppelingen eerst
naar de vaste schijf te kopiëren, bij voorkeur naar de map waarin de PageMaker-publicatie is opgeslagen, en dan pas de
bestanden in InDesign te openen.
• Het is verstandig de opdracht Opslaan als te kiezen in PageMaker om overbodige verborgen gegevens te wissen.
• Kopieer alle gekoppelde bestanden naar dezelfde map als het PageMaker-document om ervoor te zorgen dat alle
koppelingen behouden blijven.
• Controleer of alle vereiste lettertypen beschikbaar zijn in InDesign.
• Herstel beschadigde koppelingen naar afbeeldingen in het PageMaker-document.
• Als er problemen optreden bij het converteren van een groot PageMaker-document, kunt u het in gedeelten converteren
om vast te stellen waar het probleem ligt.
Als u een beschadigd PageMaker-document niet kunt openen in PageMaker, kunt u proberen het te openen in InDesign. In
InDesign kunnen de meeste documenten worden hersteld die u niet kunt openen in PageMaker.