Operation Manual

Hoek en Hoogte
Overvloeimodus
Onderdrukken
Afstand
Ruis
Dekking
Grootte
Spreiding
Techniek
Zachter
Precies
Globaal licht gebruiken
X-verschuiving en Y-verschuiving
Gebruikelijke instellingen en opties voor transparantie
Veel instellingen en opties voor transparantie-effecten zijn hetzelfde voor verschillende effecten. Hier volgt een overzicht van gebruikelijke
instellingen en opties voor transparantie:
Hiermee bepaalt u de belichtingshoek waarbij een belichtingseffect wordt toegepast. Een instelling van 0 komt overeen met het
grondniveau, de instelling 90 bevindt zich recht boven het object. Klik op de hoekstraal of geef een waarde in graden op. Selecteer Globaal licht
gebruiken als u dezelfde belichtingshoek wilt gebruiken voor alle objecten. Deze optie wordt gebruikt door de effecten Slagschaduw, Schaduw
binnen, Schuine kant en reliëf, Satijn en Doezelaar.
Hiermee bepaalt u hoe de kleuren in transparante objecten en de achterliggende objecten op elkaar reageren. Deze optie wordt
gebruikt door de effecten Slagschaduw, Schaduw binnen, Gloed buiten, Gloed binnen en Satijn (zie Instellen hoe kleuren overvloeien).
Deze optie bepaalt in combinatie met de grootte-instellingen in hoeverre de schaduw of gloed dekkend en in hoeverre deze
transparant is. Een hogere instelling verhoogt de dekking en een lagere instelling verhoogt de transparantie. Deze optie wordt gebruikt door de
effecten Schaduw binnen, Gloed binnen en Doezelaar.
Hiermee geeft u de verschuivingsafstand op voor de effecten Slagschaduw, Schaduw binnen of Satijn.
Met deze optie stelt u de hoeveelheid willekeurige elementen in de dekking van een gloed of schaduw in door een waarde op te geven of de
schuifregelaar te slepen. Deze optie wordt gebruikt door de effecten Slagschaduw, Schaduw binnen, Gloed buiten, Gloed binnen en Doezelaar.
Hiermee bepaalt u de dekking van een effect door de schuifregelaar te slepen of een percentage op te geven (zie De dekking van een
object instellen). Gebruikt door de effecten Slagschaduw, Schaduw binnen, Gloed buiten, Gloed binnen, Verloopdoezelaar, Schuine kant en reliëf,
en Satijn.
Hiermee bepaalt u de omvang van de schaduw of de gloed. Deze optie wordt gebruikt door de effecten Slagschaduw, Schaduw binnen,
Gloed buiten, Gloed binnen en Satijn.
Met deze optie bepaalt u de transparantie van de vervaging binnen het schaduw- of gloedeffect die is opgegeven door de instelling bij
Grootte. De vervaging wordt dekkender naarmate het percentage hoger is. Deze optie wordt gebruikt door de effecten Slagschaduw en Gloed
buiten.
Deze instellingen bepalen hoe de rand van een transparantie-effect reageert op achtergrondkleuren. De opties Zachter en Precies zijn
beschikbaar voor de effecten Gloed buiten en Gloed binnen.
Hiermee past u een vervaging toe op de rand van het effect. De details blijven niet behouden bij grotere formaten.
Hiermee blijft de rand van het effect behouden, inclusief de hoeken en andere scherpe details. Bij deze techniek blijven meer
kenmerken behouden dan bij de techniek Zachter.
Hiermee past u de globale lichtinstelling toe op de schaduw. Deze optie wordt gebruikt door de effecten Slagschaduw,
Schuine kant en reliëf en Gloed binnen.
Kies deze optie om de schaduw op de x- of y-as te verschuiven in de door u opgegeven mate. Deze optie
wordt gebruikt door de effecten Slagschaduw en Schaduw binnen.
Slagschaduw
Met het effect Slagschaduw creëert u een driedimensionale schaduw. U kunt de slagschaduw langs de x- of de y-as plaatsen en u kunt de
overvloeimodus, kleur, dekking, afstand, hoek en grootte van de slagschaduw instellen. Gebruik de volgende optie om te bepalen hoe de
slagschaduw en de objecten en transparantie-effecten elkaar beïnvloeden:
571