Operation Manual

Naar boven
Opmerking:
Afbrekings- en spellingwoordenboeken
InDesign maakt voor de meeste talen gebruik van Proximity-woordenboeken voor het controleren van de spelling en het afbreken van woorden. U
kunt aan ieder woordenboek woorden toevoegen. U kunt verschillende talen aan tekst toewijzen en InDesign gebruikt het juiste woordenboek voor
spelling en woordafbreking. U kunt aanvullende gebruikerswoordenboeken maken en u kunt woordenlijsten die zijn opgeslagen in een
tekstbestand zonder opmaak importeren of exporteren.
Als u de woorden in een woordenboek aanpast, maakt u in feite lijsten van toegevoegde woorden (woorden die nog niet in het woordenboek
staan) en verwijderde woorden (woorden die in het woordenboek staan, maar die moeten worden gemarkeerd als mogelijk verkeerd gespeld). In
het dialoogvenster Woordenboek kunt u toegevoegde woorden, verwijderde woorden en genegeerde woorden (woorden die zijn genegeerd voor
de huidige sessie omdat u op Alles negeren hebt geklikt) weergeven en bewerken. U kunt woorden toevoegen die van toepassing zijn op alle
talen, wat vooral nuttig is voor achternamen, straatnamen en andere items die niet specifiek van toepassing zijn op een bepaalde taal.
Als u de taalwoordenboeken uit een vorige versie van InDesign of InCopy wilt gebruiken, zoekt u met de opdracht Zoeken van het systeem
naar de bestanden voor gebruikerswoordenboeken (.udc) en voegt u deze toe aan de lijst met woordenboeken in het venster met
woordenboekvoorkeuren.
Waar worden woordenboekwoorden opgeslagen?
Standaard staan uitzonderingen voor woordafbreking en spelling in bestanden voor gebruikerswoordenboeken die niet bij het document zijn
opgeslagen op de computer waarop InDesign is geïnstalleerd (woordenboekbestanden zijn bestanden met de extensie .clam of .not). U kunt
uitzonderingslijsten echter ook in een willekeurig InDesign-document opslaan. Daarnaast kunt u woordenlijsten in een extern
gebruikerswoordenboek en/of in het document opslaan. De locatie van bestaande woordenboeken wordt weergegeven bij de voorkeuren voor
woordenboeken.
Als de uitzonderingen voor woordafbreking en spelling in het document zelf worden opgeslagen, is het makkelijker de samenstelling van de tekst
te behouden als u het document op andere computers gaat gebruiken. Om die reden kunt u het gebruikerswoordenboek in het document
samenvoegen in het venster met woordenboekvoorkeuren. U kunt ook de locatie voor uitzonderingen bepalen in het dialoogvenster Pakketmap
maken (zie Pakketbestanden). Maar als u de lijst met uitzonderingen buiten het document opslaat, wordt het makkelijker bij meerdere documenten
dezelfde lijst met uitzonderingen te gebruiken.
Als het gebruikerswoordenboek wordt samengevoegd met de lijst met uitzonderingen, wordt het volledige gebruikerswoordenboek
toegevoegd aan het document, ook als de woorden niet worden gebruikt. De bestandsgrootte van het document neemt dan toe.
Talen toepassen op tekst
U kunt via het menu Taal in het deelvenster Teken een taal op geselecteerde tekst toepassen. Ook kunt u een standaardtaal voor het gehele
document of voor alle nieuwe documenten opgeven. InDesign bevat ook een functie voor het vastleggen van de taal. Zo wordt voorkomen dat de
taalinstelling in Aziatische tekst niet wordt gewijzigd wanneer de tekst deel uitmaakt van een selectie, en dat een niet-Aziatische taal wordt
gekozen in het menu Taal. (Zie Een taal aan tekst toewijzen.)
Lijsten met uitzonderingswoorden
U kunt woorden opgeven die niet moeten worden gecontroleerd. Als u bijvoorbeeld het woord "jaaromzet" voor uw bedrijf in een bepaald document
als "JaarOmzet" moet schrijven, kunt u "jaaromzet" aan de lijst met uitzonderingen toevoegen, zodat dit woord tijdens de spellingcontrole niet
wordt gemarkeerd. InDesign kan een afzonderlijke set toegevoegde en verwijderde woorden bijhouden voor iedere geïnstalleerde taal.
Gebruikerswoordenboeken maken of toevoegen
U kunt een gebruikerswoordenboek maken, of gebruikerswoordenboeken uit vorige InDesign- of InCopy-versies toevoegen, vanuit bestanden die u
hebt ontvangen van andere gebruikers of vanaf een server waar het gebruikerswoordenboek van de werkgroep is opgeslagen. Het woordenboek
dat u toevoegt, wordt voor al uw InDesign-documenten gebruikt.
1. Kies Bewerken > Voorkeuren > Woordenboek (Windows) of InDesign > Voorkeuren > Woordenboek (Mac OS).
2. Kies in het menu Taal de taal van het woordenboek.
274