Operation Manual

Naar boven
Naar boven
Opmerking:
Naar boven
Naar boven
Opmerking:
Werken met verankerde objecten met behulp van slepen en neerzetten (CS5.5)
Werken met verankerde objecten met behulp van slepen en neerzetten (CS5.5)
U kunt een bestaand object naar een tekstkader slepen om het object te verankeren of te verplaatsen. Gebruik het gereedschap Selecteren of
Direct selecteren
om het object te selecteren. Sleep vervolgens het blauwe vakje naast de rechterbovenhoek van het tekstkader. Ga op een van
de volgende manieren te werk:
Als u een bestaand object wilt verankeren, sleept u het blauwe vakje naar de positie waar het anker voor het object moet worden
weergegeven.
Als u een inline-object wilt maken, drukt u op Shift en sleept u het blauwe vakje naar de positie waar het object moet worden weergegeven.
Als u opties voor een verankerd object wilt opgeven, houdt u Alt (Windows) of Option (Mac OS) ingedrukt en sleept u het blauwe vakje naar
de positie waar het anker voor het object moet worden weergegeven.
Verankerde objecten selecteren en kopiëren
Met het gereedschap Selecteren kunt u slechts één verankerd object tegelijk selecteren. Met het gereedschap Tekst kunt u een tekstfragment met
meerdere ankerpunten voor verankerde objecten selecteren. Wanneer u met het gereedschap Tekst meerdere ankerpuntmarkeringen selecteert,
kunt u de plaatsingsopties voor alle verankerde objecten tegelijk wijzigen.
Als er meerdere verankerde objecten op dezelfde positie staan, als bijvoorbeeld in één tekstregel de markeringen voor twee
verankerde objecten met dezelfde verankeringskenmerken staan, overlappen de objecten elkaar.
Wanneer u tekst kopieert die een markering voor een verankerd object bevat, kopieert u ook het verankerde object. Als u een verankerd object
kopieert en dit buiten tekst plakt, wordt het verankerde object een onafhankelijke afbeelding die niet aan tekst is gekoppeld.
Ankerpunten voor verankerde objecten weergeven op de pagina
U kunt ankers en de bijbehorende relaties met de tekst op de pagina bekijken door objectmarkeringen weer te geven. Gebruik hiervoor een van
de volgende methoden:
Om de ankerpunten in de tekst weer te geven, kiest u Tekst > Verborgen tekens tonen.
Om een stippellijn tussen een ankerpunt en het bijbehorende object met aangepaste positionering weer te geven, selecteert u het object en
kiest u Weergave > Extra's > Tekstverbindingen tonen. De verbinding loopt van het ankerpunt naar het huidige proxypunt voor het
verankerde object.
Om ankerpuntsymbolen van verankerde objecten weer te geven, kiest u Weergave > Extra's > Kaderranden tonen. Door
ankerpuntsymbolen te bekijken, kunt u zien welke objecten er zijn verankerd.
Een verankerd object handmatig opnieuw positioneren op de pagina
Als u een kader verplaatst, worden ook de verankerde objecten verplaatst, tenzij het object ten opzichte van marges of pagina's is geplaatst.
Voordat u een verankerd object gaat verplaatsen, controleert u eerst of de optie Handmatige positionering voorkomen in het
dialoogvenster Verankerde objecten is uitgeschakeld voor het object. U kunt echter ook Object > Positie ontgrendelen kiezen.
Ga op een van de volgende manieren te werk:
266