Operation Manual

ILLUSTRATOR CS3
Handboek
48
De afstand tussen objecten meten
Met het gereedschap Meetlat wordt de afstand tussen twee punten berekend en worden de resultaten weergegeven in het
deelvenster Info.
1 Selecteer het gereedschap Meetlat .
2 Voer een van de volgende handelingen uit:
Klik op de twee punten waarvan u de onderlinge afstand wilt meten.
Klik op het eerste punt en sleep naar het tweede punt. Houd Shift ingedrukt en sleep om het gereedschap tot stappen van
45 graden te beperken.
Het deelvenster Info geeft de horizontale en verticale afstand tussen de x- en y-as, de absolute horizontale en verticale
afstand, de totale afstanden en de gemeten hoek weer.
Overzicht van het deelvenster Info
U gebruikt het deelvenster Info (Venster > Info) om informatie te verkrijgen over het gebied onder de muisaanwijzer en
over geselecteerde objecten.
Wanneer een object is geselecteerd en een selectiegereedschap actief is, worden in het deelvenster Info de x- en y-
coördinaten, de breedte (B)endehoogte(H) van het object weergegeven. De waarden voor de breedte en hoogte worden
beïnvloed door de optie Met grenzen voorvertoning in de Algemene voorkeuren. Wanneer Met grenzen voorvertoning
is ingeschakeld, worden de breedte van de streek en andere kenmerken zoals slagschaduwen opgenomen in de dimensies
van het object. Wanneer Met grenzen voorvertoning is uitgeschakeld, worden alleen de dimensies gemeten die op basis
van het vectorpad zijn gedefinieerd.
Wanneer u het gereedschap Pen of Verloop gebruikt of een selectie verplaatst, worden in het deelvenster Info de wijziging
in x (B), de wijziging in y (H), de afstand (D) en de hoek weergegeven terwijl u sleept.
Wanneer u het gereedschap Zoomen gebruikt, worden in het deelvenster Info de vergrotingsfactor en de x- en y-
coördinaten weergegeven nadat u de muisknop hebt losgelaten.
Wanneer u het gereedschap Schalen gebruikt, worden in het deelvenster Info de procentuele verandering in de breedte
(B) en hoogte (H) en de nieuwe breedte (B) en hoogte (H) weergegeven nadat het object is geschaald. Wanneer u de
gereedschappen Roteren of Spiegelen gebruikt, worden in het deelvenster Info de coördinaten van het middelpunt van
het object en de rotatiehoek of spiegelingshoek weergegeven.
Wanneer u het gereedschap Schuintrekken gebruikt, worden in het deelvenster Info de coördinaten van het middelpunt
van het object, de hoek van de schuintrekas en de mate van schuintrekking weergegeven.
Wanneer u het gereedschap Penseel gebruikt, worden in het deelvenster Info de x-eny- coördinaten en de naam van het
geselecteerde penseel weergegeven.
Selecteer Opties tonen in het deelvenstermenu of klik op de dubbele pijl op het tabblad van het deelvenster als u waarden
wiltweergevenvoordevul-enstreekkleurenvanhetgeselecteerdeobjectendenaamvanelkpatroon,elkverloopofelke
tint die op het geselecteerde object is toegepast.
Opmerking: Als u meerdere objecten selecteert, wordt in het deelvenster Info alleen de informatie die op alle geselecteerde
objecten van toepassing is, weergegeven.
Voorkeuren instellen
Voorkeuren
Voorkeure n zijn opties voor de manier waarop Illustrator werkt, met inbegrip van opties voor weergave, gereedschappen,
liniaaleenheden en het exporteren van gegevens. Uw voorkeuren worden opgeslagen in het bestand AIPrefs (Windows) of
Adobe Illustrator Prefs (Mac OS). Dit bestand wordt gestart wanneer u Illustrator start. Als u de standaardinstellingen van
Illustrator wilt herstellen, kunt u het voorkeurenbestand verwijderen of de naam van het bestand wijzigen en Illustrator
opnieuw starten. Dit kan handig zijn als u problemen hebt met de toepassing.