Operation Manual

ILLUSTRATOR CS3
Handboek
408
Object omlijnd met achtergrondkleur
A. Transparante streek creëert onderdrukking B. Vulling maakt afdekvorm C. Overvulgebied D. Afdekvlak
4 In het tekstvak Dikte geeft u een breedte voor de streek op tussen 0,01 en 1000 punten. Bepaal in overleg met de drukker
welke waarde u moet gebruiken.
Een streekbreedte van 0,6 punten geeft bijvoorbeeld een overvul van 0,3 punten. Een streekbreedte van 2,0 punten geeft een
overvul van 1,0 punt.
5 Kies Venster > Kenmerken.
6 Selecteer Streek overdruk.
Een lijn overvullen
1 Selecteer de te overvullen lijn.
2 Wijs aan de streek een kleur wit toe in het vak Streek in het deelvenster Gereedschappen of in het deelvenster Kleur.
3 Selecteer de gewenste lijndikte in het deelvenster Streek.
4 Kopieer de lijn en kies Bewerken > Op voorgrond plakken. De kopie wordt gebruikt om een overvul te maken.
5 Omlijn de kopie met de gewenste kleur uit het vak Streek in het deelvenster Gereedschappen of in het deelvenster Kleur.
6 Kies in het deelvenster Streek een lijndikte die breder is dan de onderste lijn.
7 Kies Venster > Kenmerken.
8 Selecteer Streek overdruk voor de bovenste lijn.
Kopie van streek gebruikt voor spread
A. Transparante bovenste streek creëert spread B. Onderste streek creëert afdekgebied C. Afdekvlak D. Overvulgebied
Een deel van een object overvullen
1 Teken een lijn langs de rand of randen die u wilt overvullen. Als het een complex object betreft, gebruikt u het
gereedschap Direct selecteren om de randen te selecteren die u wilt overvullen. Kopieer de randen en kies Bewerken >
Op voorgrond plakken om de kopie boven op het origineel te plakken.
A
B
C D
A
B
C
D