Operation Manual
388
FLASH CS4 PROFESSIONAL GEBRUIKEN
ActionScript
Als het dialoogvenster Remote Debug niet wordt weergegeven, klikt u met de rechtermuisknop (Windows) of houdt
u de Control-toets ingedrukt en klikt u (Macintosh) in het SWF-bestand om het contextmenu weer te geven en
selecteert u Foutopsporing.
4 Selecteer Localhost of Other Machine in het dialoogvenster Remote Debug:
• Selecteer Localhost wanneer de foutopsporingsversie van Flash Player en de Flash-ontwerptoepassing zich op
dezelfde computer bevinden.
• Selecteer Other Machine wanneer de foutopsporingsversie van Flash Player en de Flash-ontwerptoepassing zich
niet op dezelfde computer bevinden. Geef het IP-adres op van de computer waarop de Flash-ontwerptoepassing
wordt uitgevoerd.
• Selecteer de optie Dit venster niet weergeven bij het opstarten om te voorkomen dat de gebruiker via het
dialoogvenster Foutopsporing op afstand wordt gevraagd om een foutopsporingslocatie op te geven als deze niet
kon worden gevonden. Deze optie is standaard geselecteerd.
5 Voer het foutopsporingswachtwoord in als u dat hebt ingesteld.
Het weergaveoverzicht van het SWF-bestand wordt getoond in Foutopsporing. Als het SWF-bestand niet wordt
afgespeeld, is Foutopsporing mogelijk onderbroken. Klik in dat geval op Doorgaan om de foutopsporing te starten.
De waarden van variabelen in Foutopsporing weergeven en wijzigen
Het tabblad Variabelen in Foutopsporing geeft de namen en waarden weer van alle algemene variabelen en
tijdlijnvariabelen die in het weergaveoverzicht van het SWF-bestand zijn geselecteerd. Wanneer u de waarde van een
variabele wijzigt op het tabblad Variabelen, wordt de wijziging tijdens de uitvoering van het SWF-bestand
doorgevoerd. Wanneer u bijvoorbeeld botsingdetectie test in een spel, kunt u de waarde van de variabele invoeren om
een bal te positioneren op de juiste locatie naast een muur.
Het tabblad Lokaal in Foutopsporing geeft de namen en waarden weer van alle lokale variabelen die beschikbaar zijn
in de ActionScript-regel waar het SWF-bestand is gestopt bij een onderbrekingspunt of waar dan ook binnen een door
de gebruiker gedefinieerde functie.
Zie ook
“Objecten en variabelen van een SWF-bestand weergeven” op pagina 390
Een variabele en de bijbehorende waarde weergeven
1 Selecteer in het weergaveoverzicht van Foutopsporing de filmclip die de variabele bevat. (Selecteer de clip _global
in het weergaveoverzicht als u algemene variabelen wilt weergeven.)
2 Klik op het tabblad Variabelen.
Het weergaveoverzicht wordt automatisch bijgewerkt tijdens het afspelen van het SWF-bestand.
Opmerking: Wanneer bij een bepaald frame een filmclip wordt verwijderd uit het SWF-bestand, wordt die filmclip,
samen met de bijbehorende variabele en de naam van de variabele, ook verwijderd uit het weergaveoverzicht van
Foutopsporing. Als de variabele echter is gemarkeerd voor het controleoverzicht, kunt u die nog steeds bekijken op het
tabblad Controle.
De waarde van een variabele wijzigen
❖ Dubbelklik op het tabblad Variabelen van Foutopsporing op de waarde en geef een nieuwe waarde op.
Geef een tekenreeks (een waarde tussen dubbele aanhalingstekens ""), een getal of een Booleaanse waarde (
true of
false) op. U kunt geen expressie opgeven (bijvoorbeeld eval("name:" +i) of x + 2).