Operation Manual

258
FLASH CS4 PROFESSIONAL GEBRUIKEN
Filters en overvloeiingen
Het menu Filter toevoegen in de Eigenschapcontrole
Filter toepassen of verwijderen
1 Selecteer een tekst-, knop- of filmclipobject om een filter op toe te passen of een filter uit te laten verwijderen.
2 Ga in het gedeelte Filters van Eigenschapcontrole op een van de volgende manieren te werk:
Als u een filter wilt toevoegen, klikt u op de knop Filter toevoegen en selecteert u een filter. U kunt met de
instellingen experimenteren totdat het object er naar wens uitziet.
Als u een filter wilt verwijderen, selecteert u het filter dat u uit de lijst van toegepaste filters wilt verwijderen en klikt
u op de knop Filter verwijderen . U kunt voorinstellingen verwijderen of de naam ervan wijzigen.
Filter kopiëren en plakken
1 Selecteer het object waarvan u een filter wilt kopiëren en selecteer het deelvenster Filters.
2 Selecteer het te kopiëren filter, klik op de knop Klembord en kies Selectie kopiëren in het pop-upmenu. Klik op
Alles kopiëren om alle filters te kopiëren.
3 Selecteer het object waarop u het filter wilt toepassen, klik op de knop Klembord en kies Plakken in het pop-
upmenu.
Filtervoorinstelling toepassen op een object
1 Selecteer het object waarop u een filtervoorinstelling wilt toepassen en selecteer het tabblad Filter.
2 Klik op de knop Filter toevoegen en selecteer Voorinstellingen.
3
Selecteer de filtervoorinstelling die u wilt toepassen in de lijst met beschikbare voorinstellingen onder aan het menu.
Opmerking: Wanneer u een filtervoorinstelling op een object toepast, vervangt Flash alle filters die op dat moment op de
geselecteerde objecten zijn toegepast door de filters die in de voorinstelling worden gebruikt.
Filter dat is toegepast op een object, inschakelen of uitschakelen
Klik op het pictogram voor het in-/uitschakelen naast de filternaam in de filterlijst.