Operation Manual

153
FLASH CS4 PROFESSIONAL GEBRUIKEN
Illustraties maken en bewerken
Het werkgebied met een filmclip met een geneste filmclip geroteerd in lokale 3D-ruimte.
Met behulp van de 3D-eigenschappen van filmclipinstanties in uw FLA-bestand kunt u diverse grafische effecten
creëren zonder filmclips in de bibliotheek te dupliceren. Als u echter een filmclip uit de bibliotheek bewerkt, zijn 3D-
transformaties en -omzettingen die zijn toegepast niet zichtbaar. Als u de inhoud van een filmclip bewerkt, zijn alleen
3D-transformaties van geneste filmclips zichtbaar.
Opmerking: Als een 3D-transformatie eenmaal is toegevoegd aan een filmclipinstantie, kan het bovenliggende
fimclipsymbool niet meer worden bewerkt in de modus Op plaats bewerken.
Als er 3D-objecten aanwezig zijn in het werkgebied, kunt u bepaalde 3D-effecten op alle objecten als groep toepassen
door de eigenschappen Perspectiefhoek en Perspectiefpunt van het FLA-bestand aan te passen. De eigenschap
Perspectiefhoek creëert een zoomeffect voor de weergave van het werkgebied. De eigenschap Perspectiefpunt creëert
een panningeffect voor de 3D-objecten in het werkgebied Deze instellingen zijn alleen van invloed op de weergave van
filmclips waarop een 3D-transformatie of -translatie is toegepast.
In het Flash-ontwerpgereedschap kunt u slechts één standpunt of camera instellen. De cameraweergave van het FLA-
bestand is gelijk aan de weergave van het werkgebied. Elk FLA-bestand heeft slechts één instelling voor
Perspectiefhoek en Perspectiefpunt.
Als u de 3D-mogelijkheden van Flash wilt gebruiken, moet in de publicatie-instellingen van uw FLA-bestand Flash
Player 10 en ActionScript 3.0 zijn opgegeven. Alleen filmclipinstanties kunnen worden gedraaid of verplaatst langs de
Z-as. Sommige 3D-mogelijkheden die beschikbaar zijn via ActionScript, zijn niet rechtstreeks beschikbaar via de
gebruikersinterface van Flash, zoals meerdere perspectiefpunten en verschillende camera's voor elke filmclip. Met
ActionScript 3.0 kunt u 3D-eigenschappen toepassen op objecten als tekst, FLV-afspeelcomponenten en knoppen,
maar ook op filmclips.
Opmerking: Het 3D-gereedschap kan niet worden gebruikt voor objecten op gemaskeerde lagen en lagen die 3D-objecten
bevatten kunnen niet worden gebruikt als gemaskeerde lagen. Zie “Maskerlagen gebruiken” op pagina 242 voor meer
informatie over maskeerlagen.
Zie Werken met 3D-kunst op www.adobe.com/go/lrvid4059_fl voor een videohandleiding over grafische 3D-
afbeeldingen.