Operation Manual

138
FLASH CS4 PROFESSIONAL GEBRUIKEN
Illustraties maken en bewerken
Kleuren, verlopen en streken
We gebruiken kleurmodellen om de kleuren die we zien en waarmee we werken in digitale afbeeldingen te beschrijven.
Elk kleurmodel, zoals RGB, HSB of CMYK, vertegenwoordigt een andere methode voor het beschrijven en
classificeren van kleur. Kleurmodellen werken met numerieke waarden om het zichtbare kleurenspectrum aan te
duiden. Een kleurruimte is een variant van een kleurmodel en heeft een specifiek gamma (kleuromvang of
kleurbereik). Binnen het RGB-kleurmodel bestaan bijvoorbeeld een aantal kleurruimten: Adobe® RGB, sRGB en
Apple® RGB. Hoewel kleuren in elk van deze kleurruimten worden gedefinieerd aan de hand van dezelfde drie assen
(R, G en B), is het gamma van elk model verschillend.
Als u werkt met kleuren in afbeeldingen, bent u in feite bezig met het aanpassen van de numerieke waarden in het
bestand. Het is niet zo moeilijk om een kleur een nummer te geven, maar deze numerieke waarden zijn op zichzelf
geen absolute kleuren. Ze hebben alleen een kleurbetekenis binnen de kleurruimte van het apparaat dat de kleur
produceert.
Aangezien elk apparaat een eigen kleurruimte heeft, kan het alleen kleuren reproduceren die binnen het eigen gamma
thuishoren. Als een afbeelding van het ene apparaat naar het andere wordt verplaatst, veranderen de kleuren mogelijk
omdat elk apparaat de RGB- of HSB-waarden interpreteert volgens de eigen kleurruimte. Het is bijvoorbeeld
onmogelijk om alle kleuren die op een monitor worden weergegeven, exact weer te geven in een afdruk van een
desktopprinter. Een printer werkt in een CMYK-kleurruimte en een monitor in een RGB-kleurruimte. Het gamma
(kleuromvang) van deze apparaten is verschillend. Bepaalde kleuren die met inkt worden geproduceerd, kunnen niet
worden weergegeven op een monitor en bepaalde kleuren die op een monitor kunnen worden weergegeven, kunnen
niet op papier worden gereproduceerd met inkt.
Wanneer u kleuren definieert voor gebruik in Flash-documenten, moet u eraan denken dat het weliswaar onmogelijk
is om alle kleuren exact overeen te laten komen op verschillende apparaten, maar dat goede resultaten kunnen worden
bereikt door te letten op de grafische weergavemogelijkheden van de apparaten die worden gebruikt door uw
doelpubliek.
Met Adobe® Flash® CS4 Professional kunt u kleuren toepassen, maken en wijzigen met gebruikmaking van het RGB-
of het HSB-kleurmodel. In het standaardpalet of een zelfgemaakt palet kunt u kleuren kiezen die u toepast op de streek
of vulling van een object dat u gaat maken of dat zich al in het werkgebied bevindt.
Wanneer u een streekkleur op een vorm toepast, hebt u de volgende mogelijkheden:
Een effen kleur, verloop of bitmap op de vulling van een vorm toepassen. Wanneer u een bitmapvulling op een
vorm wilt toepassen, moet u een bitmap in het huidige bestand importeren. Een effen kleur, een verloop en de stijl
en dikte van de streek selecteren.
Een contourvorm zonder vulling maken door Geen kleur als vulling te gebruiken.
Een gevulde vorm zonder contour maken door Geen kleur als contour te gebruiken.
Een effen kleurvulling op tekst toepassen.
Met het deelvenster Kleur kunt u effen kleuren en verloopvullingen maken en bewerken in de modi RGB en HSB.
Wanneer u toegang tot de systeemkleurkiezer wilt krijgen, houdt u Alt (Windows) of Option (Macintosh) ingedrukt
en dubbelklikt u op het besturingselement Streekkleur of Vulkleur in het deelvenster Kleur, of selecteert u het
pictogram Kleurkiezer vanuit het besturingselement Streekkleur of Vulkleur in het deelvenster Gereedschappen of
de Eigenschapcontrole voor vormen.