Operation Manual

Terug naar boven
Het verloop wordt aan het deelvenster Stalen voor het huidige document toegevoegd.
11. Voor een verlooptransformatie, zoals een verticaal in plaats van een horizontaal verloop, gebruikt u het gereedschap Verlooptransformatie.
Raadpleeg Verloop- en bitmapvullingen transformeren voor meer informatie.
Kleuren van streken en vullingen aanpassen
U kunt de kleur van streken en vullingen van grafische objecten opgeven met de besturingselementen Streekkleur en Vulkleur in het deelvenster
Gereedschappen of met de besturingselementen Streekkleur en Vulkleur in Eigenschapcontrole.
Het gedeelte Streekkleur en Vulkleur van het deelvenster Gereedschappen bevat besturingselementen voor het activeren van de vakken
Streekkleur en Vulkleur, waarmee wordt bepaald of de streken of vullingen van geselecteerde objecten worden beïnvloed door kleurkeuzen.
Daarnaast bevat het gedeelte Kleuren besturingselementen voor het snel terugzetten van kleuren naar de standaardwaarden, voor het instellen
van de streek- en vulkleurinstellingen op Geen en voor het omwisselen van vul- en streekkleuren.
In Eigenschapcontrole kunt u een streek- en vulkleur kiezen voor een bepaald grafisch object of een bepaalde grafische vorm. Daarnaast biedt
Eigenschapcontrole besturingselementen voor het opgeven van de streekbreedte en -stijl.
Wanneer u met deze besturingselementen de schilderkenmerken van bestaande objecten wilt wijzigen, selecteert u eerst de objecten in het
werkgebied.
Zie ook: Live voorvertoning van kleuren.
De streek- en vulkleur aanpassen met het deelvenster Gereedschappen
Met de besturingselementen Streekkleur en Vulkleur in het deelvenster Gereedschappen stelt u de schilderkenmerken in van nieuwe objecten die
u met de teken- en schildergereedschappen maakt. Wanneer u met deze besturingselementen de schilderkenmerken van bestaande objecten wilt
wijzigen, selecteert u eerst de objecten in het werkgebied.
Klik op het besturingselement Streekkleur of Vulkleur en selecteer een kleurstaal.
Klik op de knop Systeemkleurkiezer in het pop-upvenster en selecteer een kleur. U kunt de aanwijzer ook boven verschillende kleuren
plaatsen om het effect van de kleur op de vorm te zien.
Typ in het vak de hexadecimale waarde van een kleur.
Wanneer u de standaardkleureninstellingen (witte vulling en zwarte streek) wilt herstellen, klikt u op de knop Zwart-wit in het deelvenster
Gereedschappen.
Wanneer u een streek of vulling wilt verwijderen, klikt u op de knop Geen kleur.
Opmerking: de knop Geen kleur wordt alleen weergegeven wanneer u een ovaal of rechthoek maakt. U kunt een object maken zonder
streek of vulling, maar u kunt de knop Geen kleur niet voor een bestaand object gebruiken. Selecteer in plaats daarvan de bestaande streek
of vulling en verwijder deze.
Wanneer u de kleuren van de vulling en de streek wilt wisselen, klikt u op de knop Kleuren wisselen in het deelvenster Gereedschappen.
U kunt in Flash Professional CC ook een actieve voorvertoning weergeven van de streek- of vulkleuren wanneer u deze wijzigt in de kleurenstaal.
Zie Actieve voorvertoning van kleuren voor meer informatie.
Een effen kleurvulling toepassen met Eigenschapcontrole
1. Selecteer een gesloten object of objecten in het werkgebied.
2. Selecteer Venster > Eigenschappen.
3. Klik op het besturingselement Vulkleur om een kleur te selecteren en ga op een van de volgende manieren te werk:
Selecteer een kleurstaal in het palet.
Typ in het vak de hexadecimale waarde van een kleur.
Een streekkleur, -stijl en -dikte selecteren met Eigenschapcontrole
Wanneer u voor een geselecteerd object de streekkleur, -stijl en -dikte wilt wijzigen, gebruikt u het besturingselement Streekkleur in
Eigenschapcontrole. Voor de streekstijl kiest u uit stijlen die met Flash Pro zijn voorgeladen, of u maakt een aangepaste stijl. Wanneer u een effen
kleurvulling wilt selecteren, gebruikt u het besturingselement Vulkleur in Eigenschapcontrole.
1. Selecteer een of meerdere objecten in het werkgebied (voor symbolen dubbelklikt u eerst om de symboolbewerkmodus te starten).
2. Selecteer Venster > Eigenschappen.
3. Klik op het menu Stijl en selecteer een optie om een streekstijl te selecteren. Als u een aangepaste stijl wilt maken, klikt u op Aangepast in
Eigenschapcontrole, selecteert u de gewenste opties in het dialoogvenster Streekstijl en klikt u op OK.