Operation Manual
Een haakje openen activeert de codehints
2. Voer een waarde in voor de parameter.
Als u meerdere parameters hebt, moet u de waarden scheiden met komma's. Voor functies of instructies, zoals de lus for, scheidt u de
parameters met een puntkomma.
Overbelaste opdrachten (functies of methoden die kunnen worden aangeroepen met verschillende parametersets), zoals gotoAndPlay() of
for, geven een indicator weer waarmee u de gewenste parameter kunt selecteren. Als u een parameter wilt selecteren, klikt u op het pijltje of
drukt u op Control+Pijl-links en Control+Pijl-rechts.
Een codehint met meerdere parametersets
3. U kunt de codehint op de volgende manieren sluiten:
Typ een haakje sluiten ')'.
Klik buiten de instructie.
Druk op Escape.
Codehints in menustijl gebruiken
1. Geef de codehint weer door een punt te typen na de naam van een variabele of een object.
Codehints in menustijl
2. Als u door de codehints wilt navigeren, gebruikt u de toetsen Pijl-omhoog en Pijl-omlaag.
3. Als u een item in het menu wilt selecteren, drukt u op Enter of op Tab of dubbelklikt u op het item.
4. U kunt de codehint op de volgende manieren sluiten:
Selecteer een van de menu-items.
Klik boven of onder het menuvenster.
Typ een haakje sluiten ')' als u al een haakje openen '(' hebt getypt.
Druk op Escape.
Een codehint handmatig weergeven
1. Klik op een locatie in de code waar codehints worden weergegeven, zoals op de volgende locaties:
Na de punt (.) die volgt op een instructie of een opdracht waar een eigenschap of een methode moet worden ingevoerd
Tussen haakjes [()] in een methodenaam
2. Ga als volgt te werk:
Selecteer Weergeven > Codehint weergeven om codehints handmatig in te schakelen.
Druk op Control+spatiebalk (Windows) of Cmd+spatiebalk (Macintosh).
Codehints voor aangepaste klassen
Als u aangepaste ActionScript 3.0-klassen maakt, parseert Flash de klassen en wordt er eveneens bepaald welke objecten, eigenschappen en