Operation Manual
6. Importeer de videoclip rechtstreeks in het werkgebied (en de tijdlijn) of als een bibliotheekitem.
In Flash Professional wordt de geïmporteerde video standaard in het werkgebied geplaatst. Als u de video alleen in de bibliotheek wilt
importeren, heft u de selectie van Instantie in werkgebied plaatsen op.
Als u een eenvoudige videopresentatie maakt met lineaire tekst en weinig of geen interactie, accepteert u de standaardinstelling en
importeert u de video in het werkgebied. Voor een meer dynamische presentatie, het werken met meerdere videoclips of toevoegen van
dynamische overgangen of andere elementen met behulp van ActionScript, importeert u de video in de bibliotheek. Nadat een videoclip in de
bibliotheek is opgenomen, kunt u de clip aanpassen door deze om te zetten in een MovieClip-object dat u gemakkelijker met ActionScript
kunt besturen.
In Flash Professional wordt de tijdlijn automatisch uitgebreid en aangepast aan de afspeelduur van de ingesloten videoclip.
7. Klik op Voltooien.
De wizard Video importeren sluit de video in het SWF-bestand in. De video wordt in het werkgebied of in de bibliotheek weergegeven,
afhankelijk van de insluitopties die u hebt gekozen.
8. Geef in Eigenschapcontrole (Venster > Eigenschappen) een instantienaam op voor de videoclip en pas de eigenschappen van de videoclip
zo nodig aan.
Videobestanden importeren in de bibliotheek
U kunt bestanden in de FLV- of F4V-indeling importeren met de opdracht Importeren of Importeren in bibliotheek of met de knop Importeren in het
dialoogvenster Video-eigenschappen.
Plaats uw video in een filmclipsymbool om uw eigen videospeler te maken, waarna FLV- of F4V-bestanden van een externe bron worden
gedownload. Wanneer u FLV- of F4V-bestanden dynamisch laadt, past u de afmetingen van de filmclip aan de werkelijke afmeting van het
videobestand aan en schaalt u de video door de filmclip te schalen.
Opmerking: De beste manier is om de video in een filmclipinstantie te plaatsen. Dit geeft u de meeste controle over de inhoud. De tijdlijn van de
video wordt onafhankelijk van de hoofdtijdlijn afgespeeld. U hoeft de hoofdtijdlijn niet met vele frames uit te breiden om plaats te maken voor de
video, hetgeen het werken met het FLA-bestand lastig kan maken.
U kunt als volgt een FLV- of F4V-bestand in de bibliotheek importeren:
Selecteer Bestand > Importeren > Importeren in bibliotheek.
Selecteer een bestaande videoclip in het deelvenster Bibliotheek en selecteer Eigenschappen in het menu van het deelvenster Bibliotheek.
Klik op Importeren. Zoek het te importeren bestand op en klik op Openen.
De eigenschappen van een videoclip wijzigen
Met Eigenschapcontrole kunt u eigenschappen wijzigen voor een instantie van een ingesloten videoclip in het werkgebied, de instantie een
instantienaam geven en de breedte, hoogte en positie ervan in het werkgebied wijzigen. U kunt een instantie van een videoclip ook omwisselen:
een ander symbool toewijzen aan een instantie van een videoclip. Door het toewijzen van een ander symbool aan een instantie wordt een andere
instantie in het werkgebied weergegeven. Alle andere instantie-eigenschappen blijven echter wel intact (zoals de afmetingen en het
registratiepunt).
In het dialoogvenster Video-eigenschappen kunt u het volgende doen:
Informatie bekijken over een geïmporteerde videoclip, zoals naam, pad, aanmaakdatum, pixelafmetingen, lengte en bestandsgrootte.
De naam van de videoclip wijzigen
De videoclip bijwerken als u de clip in een externe editor hebt bewerkt
Een FLV- of F4V-bestand importeren om de geselecteerde clip te vervangen
Een videoclip exporteren als een FLV- of F4V-bestand
Zie voor lessen over het werken met video de website van Adobe Flash Support Center op www.adobe.com/go/flash_video_nl.
Eigenschappen voor de video-instantie wijzigen in Eigenschapcontrole
1. Selecteer een instantie van een ingesloten of gekoppelde videoclip in het werkgebied.
2. Selecteer Venster > Eigenschappen en ga op een van de volgende manieren te werk:
Voer een instantienaam in het tekstveld Naam in aan de linkerkant van Eigenschapcontrole.
Voer waarden in voor de breedte en de hoogte om de afmetingen van de video-instantie te wijzigen.
Voer waarden in voor X en Y om de positie van de linkerbovenhoek van de instantie in het werkgebied te wijzigen.
Klik op Wisselen. Selecteer een videoclip waarmee u de videoclip wilt vervangen die momenteel aan de instantie is toegewezen.
Opmerking: U kunt een ingesloten videoclip alleen wisselen met een andere ingesloten videoclip en een gekoppelde videoclip alleen
wisselen met een andere gekoppelde videoclip.