Operation Manual
Opmerking:
Geen
Rond
Vierkant
Opmerking:
Terug naar boven
wanneer u een andere streekstijl dan Effen selecteert, kan de bestandsgrootte toenemen.
4. Als u een streekdikte wilt selecteren, gebruikt u de schuifregelaar Streek of geeft u een waarde op in het tekstvak.
5. Voor het gebruik van streekhints schakelt u het selectievakje Streekhints in. Streekhints zorgen ervoor dat lijn- en curveankers op hele pixels
worden ingesteld, zodat vage verticale of horizontale lijnen worden voorkomen.
6. Wanneer u de stijl voor een padeinde wilt instellen, selecteert u een van de volgende opties voor een uiteinde:
wordt uitgelijnd met het padeinde..
Hiermee wordt een rond uiteinde toegevoegd, dat het padeinde naar buiten toe uitbreidt met de helft van de streekbreedte..
Hiermee wordt een vierkant uiteinde toegevoegd, dat het pad naar buiten toe uitbreidt met de helft van de streekbreedte..
7. (Optioneel) Wanneer u lijnen tekent met het potlood of het penseel in de tekenmodus Vloeiend maken, kunt u met de schuifregelaar
Vloeiend maken opgeven in welke mate de lijn die u tekent vloeiend wordt gemaakt door Flash Pro.
De standaardwaarde voor de schuifregelaar Vloeiend maken is 50, maar u kunt een waarde opgeven van 0 tot 100. Hoe groter de waarde,
hoe vloeiender de uiteindelijke lijn.
wanneer u de tekenmodus instelt op Rechttrekken of Inkt, wordt de schuifregelaar Vloeiend maken uitgeschakeld.
8. Wanneer u wilt definiëren hoe twee paden samenkomen, selecteert u een verbindingsoptie. Wanneer u de hoeken in een open of gesloten
pad wilt wijzigen, selecteert u een pad en vervolgens een andere verbindingsoptie.
Verstek-, ronde en schuine-verbindingen.
9. Wanneer u wilt voorkomen dat een verstekverbinding schuin afloopt, voert u een versteklimiet in.
Lijnlengtes die groter zijn dan de ingevoerde waarde, worden vierkant gemaakt in plaats van puntvormig. Een versteklimiet van 2 voor een 3-
puntsstreek betekent bijvoorbeeld dat wanneer de lengte van de punt tweemaal de streekdikte bedraagt, het limietpunt door Flash Pro wordt
verwijderd.
Versteklimiet toepassen.
De streken van meerdere lijnen of vormen aanpassen
Met de inktfles kunt u de streekkleur, -dikte en -stijl van een of meer lijnen of vormcontouren wijzigen. U kunt op lijnen of vormcontouren alleen
een effen kleur toepassen, geen verlopen of bitmaps.
Wanneer u de inktfles gebruikt in plaats van afzonderlijke lijnen te selecteren, wordt het eenvoudiger de streekkenmerken van meerdere objecten
tegelijk te wijzigen.
1. Selecteer de inktfles in het deelvenster Gereedschappen.
2. Selecteer een streekkleur.
3. Selecteer een streekstijl en streekbreedte in Eigenschapcontrole.
4. Klik op een object in het werkgebied om de streekwijzigingen toe te passen.
Streken en vullingen kopiëren
Met het pipet kunt u streek- en vullingkenmerken van een object kopiëren en deze direct op een ander object toepassen. U kunt met het pipet ook
een voorbeeld van de afbeelding maken in een bitmap om als vulling te gebruiken.
1. Wanneer u de kenmerken van een streek of een gevuld gebied wilt toepassen op een andere streek of gevuld gebied, selecteert u het pipet
en klikt u op de streek of het gevulde gebied waarvan u de kenmerken wilt toepassen.
Wanneer u op een streek klikt, verandert het gereedschap automatisch in de inktfles. Wanneer u op een gevuld gebied klikt, verandert het
gereedschap automatisch in het emmertje met de optie Vulling vergrendelen ingeschakeld.
2. Klik op een andere streek of een ander gevuld gebied om de nieuwe kenmerken toe te passen.
Geschilderde gebieden wijzigen