Operation Manual

Objecten rangschikken
Naar boven
Naar boven
Naar boven
Objecten stapelen
Objecten uitlijnen
Objecten groeperen
Groep of object binnen een groep bewerken
Groepen en objecten splitsen
Objecten stapelen
In Flash worden objecten in een laag in de volgorde gestapeld waarop ze zijn gemaakt, waarbij het recentst gemaakte object boven aan de stapel
komt. De stapelvolgorde van objecten bepaalt hoe ze worden weergegeven wanneer ze overlappen. U kunt de stapelvolgorde van objecten altijd
wijzigen.
Getekende lijnen en vormen worden altijd onder groepen en symbolen in de stapel weergegeven. U kunt deze omhoog verplaatsen in de stapel
door ze te groeperen of tot symbolen te maken.
Lagen beïnvloeden ook de stapelvolgorde. Alles op laag 2 wordt vóór alles op laag 1 weergegeven, enzovoort. U kunt de volgorde van lagen
wijzigen door de laagnaam in de tijdlijn naar een nieuwe positie te slepen.
1. Selecteer het object.
2. Ga als volgt te werk:
Selecteer Wijzigen > Rangschikken > Naar voorgrond of Naar achtergrond om het object of de groep naar boven of naar onder in de
stapelvolgorde te verplaatsen.
Selecteer Wijzigen > Rangschikken > Naar voren of Naar achteren om het object of de groep één positie naar voren of naar achteren in
de stapelvolgorde te verplaatsen.
Wanneer u meerdere groepen hebt geselecteerd, worden deze voor of achter alle niet-geselecteerde groepen geplaatst, waarbij hun volgorde ten
opzichte van elkaar behouden blijft.
Objecten uitlijnen
Via het deelvenster Uitlijnen kunt u geselecteerde objecten langs de horizontale of verticale as uitlijnen. U kunt objecten verticaal langs de
rechterrand, tussen de randen of langs de linkerrand van de geselecteerde objecten uitlijnen, maar ook horizontaal langs de bovenrand, tussen de
randen of langs de onderrand van de geselecteerde objecten.
Zie 'Use Layout Tools' op de webpagina met Flash-zelfstudies op www.adobe.com/go/learn_fl_tutorials_nl voor een zelfstudie over lay-
outgereedschappen in Flash.
1. Selecteer de objecten die u wilt uitlijnen.
2. Selecteer Venster > Uitlijnen.
3. Selecteer Op werkgebied in het deelvenster Uitlijnen om uitlijningswijzigingen toe te passen ten opzichte van de afmetingen van het
werkgebied.
4. Selecteer de uitlijningsknoppen om de geselecteerde objecten te wijzigen.
Objecten groeperen
Wanneer u elementen als een enkel object wilt manipuleren, moet u deze groeperen. U kunt bijvoorbeeld na het maken van een tekening de
elementen van de tekening groeperen, zodat u de tekening als een geheel eenvoudig kunt selecteren en verplaatsen.
Wanneer u een groep selecteert, worden in Eigenschapcontrole de x- en y-coördinaten van de groep en de pixelafmetingen weergegeven.
U kunt groepen bewerken zonder de groepering ervan op te heffen. U kunt ook een afzonderlijk object in een groep selecteren om het te
bewerken zonder de groepering van de objecten op te heffen.
Selecteer de objecten die u wilt groeperen. U kunt vormen, andere groepen, symbolen, tekst, enzovoort selecteren.
Selecteer Wijzigen > Groeperen of druk op Ctrl+G (Windows) of Cmd+G (Macintosh) om objecten te groeperen.
Selecteer Wijzigen > Groep opheffen of druk op Ctrl+Shift+G (Windows) of Cmd+Shift+G (Macintosh) om de groepering van objecten op te
heffen.