Operation Manual

636
DREAMWEAVER GEBRUIKEN
Toepassingen visueel samenstellen
Laatst bijgewerkt 2/5/2011
De expressie na het gelijkteken is de waarde van de parameter. In dit geval wordt de waarde gegenereerd door een
PHP-expressie die een record-id uit de recordset retourneert. Voor elke rij in de dynamische tabel wordt een andere
id gegenereerd. Vervang
recordsetName in de PHP-expressie door de naam van de recordset, en vervang fieldName
door de naam van het veld in uw recordset dat elke record op unieke wijze identificeert. In de meeste gevallen bestaat
het veld uit een record-id-nummer. In het volgende voorbeeld bestaat het veld uit unieke locatiecodes.
locationDetail.php?recordID=<?php echo $row_rsLocations['CODE']; ?>
Wanneer de pagina wordt uitgevoerd, worden de waarden van het veld CODE van de recordset ingevoegd in de
corresponderende rijen van de dynamische tabel. Als de verhuurlocatie Canberra, Australië bijvoorbeeld de code CBR
heeft, wordt de volgende URL gebruikt in de rij Canberra van de dynamische tabel:
locationDetail.php?recordID=CBR
7 Sla de pagina op.
De detailpagina openen en een record-id doorgeven (ASP)
1 Selecteer de dynamische inhoud om als koppeling te kopiëren.
2 Klik in het paneel Servergedrag (Venster > Servergedrag) op de plusknop (+) en kies Naar detailpagina in het pop-
upmenu.
3 Klik in het vak Detailpagina op Bladeren en zoek de pagina.
4 Geef de waarde op die u aan de detailpagina wilt doorgeven door een recordset en een kolom te selecteren in de
menu's Recordset en Kolom. Gewoonlijk is de waarde uniek voor de record, zoals de unieke sleutel-id van de
record.
5 Geef desgewenst bestaande paginaparameters aan de detailpagina door door de opties URL-parameters of
Formulierparameters te selecteren.
6 Klik op OK.
De geselecteerde tekst wordt met een speciale koppeling omkaderd. Wanneer de gebruiker op de koppeling klikt, geeft
het servergedrag 'Ga naar detailpagina' een URL-parameter met de record-id door aan de detailpagina. Als de URL-
parameter bijvoorbeeld id is genoemd en de detailpagina customerdetail.asp is genoemd, ziet de URL er ongeveer als
volgt uit wanneer de gebruiker op de koppeling klikt:
http://www.mysite.com/customerdetail.asp?id=43
Het eerste deel van de URL, http://www.mysite.com/customerdetail.asp, opent de detailpagina. Het tweede deel,
?id=43, is de URL-parameter. Deze vertelt de detailpagina welke record moet worden opgehaald en weergegeven. De
term id is de naam van de URL-parameter en 43 is de waarde daarvan. In dit voorbeeld bevat de URL-parameter het
id-nummer van de record, 43.
De gevraagde record zoeken en op de detailpagina weergeven
Om de record te kunnen weergeven die door de hoofdpagina is opgevraagd, moet u een recordset definiëren om een
enkele record vast te houden en de recordsetkolommen aan de detailpagina binden.
1 Schakel over naar de detailpagina. Als u nog geen detailpagina hebt, maakt u een lege pagina (Bestand > Nieuw).
2 Klik in het paneel Bindingen (Venster > Bindingen) op de plusknop (+) en kies Recordset (Query) of Gegevensset
(Query) in het pop-upmenu.
Het dialoogvenster Eenvoudige recordset of gegevensset wordt geopend. Als het geavanceerde dialoogvenster wordt
geopend, klikt u op Eenvoudig.