Operation Manual

589
DREAMWEAVER GEBRUIKEN
Pagina's dynamisch maken
Laatst bijgewerkt 2/5/2011
Paneel Componenten
Gebruik het paneel Componenten om componenten te maken en te bekijken en om componentcode op uw pagina's
in te voegen.
Opmerking: Het paneel werkt niet in de ontwerpweergave.
In dit paneel kunt u de volgende taken uitvoeren:
ColdFusion-componenten gebruiken” op pagina 675
Bronnen met dynamische inhoud definiëren
Een recordset definiëren zonder SQL te schrijven
U kunt een recordset maken zonder handmatig SQL-instructies in te voeren.
1 Ga naar het documentvenster en open de pagina waarop de recordset gebruikt zal worden.
2 Kies Venster > Bindingen om het paneel Bindingen weer te geven.
3 Klik in het paneel Bindingen op de plusknop (+) en kies Recordset (Query) in het snelmenu.
Het dialoogvenster Eenvoudige recordset wordt geopend. Als u een ColdFusion-site ontwikkelt, ziet het
dialoogvenster Recordset er iets anders uit. (Als in plaats van het dialoogvenster Eenvoudige recordset het
dialoogvenster Geavanceerde recordset wordt geopend, klikt u op de knop Eenvoudig om naar het dialoogvenster
Eenvoudige recordset te schakelen.)
4 Vul het dialoogvenster Recordset in voor uw type document.
Raadpleeg de onderstaande onderwerpen voor instructies.
5 Klik op de knop Testen om de query uit te voeren en te controleren of deze de bedoelde informatie ophaalt.
Als u een filter hebt gedefinieerd dat parameterinvoer van gebruikers gebruikt, typt u een waarde in het tekstvak
Testwaarde en klikt u op OK. Als met succes een instantie van de recordset is gemaakt, wordt een tabel met de gegevens
uit de recordset weergegeven.
6 Klik op OK om de recordset toe te voegen aan de lijst met beschikbare inhoudsbronnen in het paneel Bindingen.
Opties voor het dialoogvenster Eenvoudige recordset (PHP, ASP)
1 Voer in het vak Naam een naam voor de recordset in.
Dikwijls wordt het voorvoegsel rs vóór recordsetnamen geplaatst om ze te onderscheiden van andere objectnamen
in de code, bijvoorbeeld:
rsPressReleases
Recordsetnamen mogen alleen letters, cijfers en het onderstrepingsteken (_) bevatten. U mag geen speciale tekens
of spaties gebruiken.
2 Selecteer een verbinding in het pop-upmenu Verbinding.
Als de lijst geen verbindingen bevat, klikt u op Definiëren om een verbinding te maken.
3 Selecteer in het pop-upmenu Tabel de databasetabel die de gegevens voor de recordset moet leveren.
In het pop-upmenu worden alle tabellen in de opgegeven database weergegeven.