Operation Manual
558
DREAMWEAVER GEBRUIKEN
Voorbereidingen voor het bouwen van dynamische websites
Laatst bijgewerkt 2/5/2011
Een PHP-ontwikkelomgeving instellen
Ga naar de Adobe-website op www.adobe.com/devnet/dreamweaver/articles/setup_php.html voor gedetailleerde
instructies voor het instellen van een PHP-ontwikkelomgeving voor Dreamweaver op uw Windows- of Mac-
computer.
Er zijn versies van de PHP-toepassingsserver verkrijgbaar voor Windows-, Linux-, UNIX-, HP-UX-, Solaris- en
Mac OS X-systemen. Zie de PHP-documentatie, die u ook kunt downloaden vanaf de PHP-website op
www.php.net/download-docs.php, voor meer informatie over de toepassingsserver.
Een ASP-ontwikkelomgeving instellen
Ga naar de Adobe-website op www.adobe.com/devnet/dreamweaver/articles/setup_asp.html voor gedetailleerde
instructies voor het instellen van een ASP-ontwikkelomgeving voor Dreamweaver op uw Windows- of Mac-
computer.
Voor het uitvoeren van ASP-pagina's hebt u een toepassingsserver nodig die Microsoft Active Server Pages 2.0
ondersteunt, zoals Microsoft IIS (Internet Information Services), die wordt geleverd bij Windows 2000 en Windows
XP Professional. Gebruikers van Windows XP Professional kunnen ISS op hun lokale computer installeren en
uitvoeren. Macintosh-gebruikers kunnen een webhostingservice met een ASP-programma gebruiken of IIS op een
computer op afstand installeren.
Een hoofdmap maken voor de toepassing
Nadat u zich hebt aangemeld bij een webhostingbedrijf of zelf de serversoftware hebt geïnstalleerd, maakt u een
hoofdmap voor uw webtoepassing op de computer waarop de webserver draait. Deze hoofdmap kan lokaal of op
afstand zijn, afhankelijk van de plaats waar uw webserver draait.
De webserver kan in reactie op een HTTP-aanvraag van een webbrowser werken met elk bestand in deze map of een
van de submappen. Zo kan op een computer met ColdFusion 8 elk bestand in de map \ColdFusion8\wwwroot of in
een van de onderliggende mappen worden aangeboden aan een webbrowser.
Hieronder ziet u de standaardhoofdmappen van een aantal webservers:
Als u de webserver wilt testen, plaats u een HTML-testpagina in de standaardhoofdmap en kijkt u of u deze kunt
openen door de URL van de pagina in een browser in te voeren. De URL bestaat uit de domeinnaam en de
bestandsnaam van de HTML-pagina en ziet er als volgt uit: www.voorbeeld.com/testpagina.htm.
Als de webserver wordt uitgevoerd op uw lokale computer, kunt u
localhost gebruiken in plaats van een
domeinnaam. Voer in overeenstemming met uw webserver een van de volgende URL's voor de lokale host in:
Webserver Standaardhoofdmap
ColdFusion 8 \ColdFusion8\wwwroot
IIS \Inetpub\wwwroot
Apache (Windows) \apache\htdocs
Apache (Macintosh) Users:MyUserName:Sites