Operation Manual
243
DREAMWEAVER GEBRUIKEN
Inhoud toevoegen aan pagina's
Laatst bijgewerkt 2/5/2011
Een afbeelding invoegen
Als u een afbeelding invoegt in een Dreamweaver-document, wordt een verwijzing naar het afbeeldingsbestand
gegenereerd in de HTML-broncode. Deze verwijzing klopt alleen als het afbeeldingsbestand zich op de juiste site
bevindt. Als het zich niet op de huidige site bevindt, wordt u door Dreamweaver gevraagd of u het bestand naar de site
wilt kopiëren.
U kunt afbeeldingen ook dynamisch invoegen. Dynamische afbeeldingen zijn afbeeldingen die vaak veranderen. Bij
rotatiesystemen voor advertentiebanners moet bijvoorbeeld steeds willekeurige één banner worden geselecteerd uit
een lijst met mogelijke banners, waarna de afbeelding van de geselecteerde banner dynamisch wordt weergegeven als
een pagina wordt opgevraagd.
Nadat u een afbeelding hebt ingevoegd, kunt u toegankelijkheidskenmerken voor de afbeeldingstag instellen die
leesbaar zijn door schermlezers voor blinde en slechtziende gebruikers. Deze kenmerken kunnen worden bewerkt in
HTML-code.
Zie www.adobe.com/go/vid0148_nl voor een zelfstudie over het invoegen van afbeeldingen.
1 Plaats de invoegpositie op de locatie waar u de afbeelding wilt weergeven in het documentvenster en ga op een van
de volgende manieren te werk:
• Ga naar de categorie Algemeen in het paneel Invoegen en klik op het pictogram Afbeeldingen .
• Ga naar de categorie Algemeen van het paneel Invoegen, klik op de knop Afbeeldingen en selecteer het pictogram
Afbeelding. Als het pictogram Afbeelding in het paneel Invoegen wordt weergegeven, kunt u het pictogram naar
het documentvenster slepen (of naar het venster Codeweergave als u in de code aan het werken bent).
• Selecteer Invoegen > Afbeelding.
• Sleep een afbeelding uit het deelvenster Middelen (Venster > Middelen) naar de gewenste locatie in het
documentvenster en ga vervolgens verder met stap 3.
• Sleep een afbeelding uit het paneel Bestanden naar de gewenste locatie in het documentvenster en ga vervolgens
verder met stap 3.
• Sleep een afbeelding van het bureaublad naar de gewenste locatie in het documentvenster en ga vervolgens verder
met stap 3.
2 Voer in het dialoogvenster een van de volgende handelingen uit:
• Selecteer Bestandssysteem om een afbeeldingsbestand te kiezen.
• Selecteer Gegevensbron om een dynamische afbeeldingsbron te kiezen.
• Klik op de knop Sites en servers als u een afbeeldingsbestand wilt kiezen in een externe map van uw Dreamweaver-
sites.
3 Blader naar de afbeelding of inhoudsbron die u wilt invoegen en selecteer deze.
Als u in een niet-opgeslagen document werkt, wordt een file://-verwijzing naar het afbeeldingsbestand gegenereerd.
Als u het document ergens op de site opslaat, wordt de verwijzing geconverteerd naar een documentrelatief pad.
Opmerking: Bij het invoegen van afbeeldingen kunt u ook een absoluut pad gebruiken naar een afbeelding op een externe
server (een afbeelding die niet is opgeslagen op de lokale vaste schijf). Als u problemen ervaart tijdens het werken kunt u
er echter voor kiezen om de afbeelding niet weer te geven in de ontwerpweergave door de optie Opdrachten > Externe
bestanden weergeven uit te schakelen.
4 Klik op OK. Het dialoogvenster Toegankelijkheidskenmerken van de afbeeldingstag wordt weergegeven als u het
dialoogvenster hebt geactiveerd in Voorkeuren (Bewerken > Voorkeuren).