Operation Manual

DREAMWEAVER CS3
Handboek
623
Opmerking: Alsdeopgeslagenprocedureeenrecordsetretourneertenparametersnodigheeft,moetueenwaardeindekolom
Standaardwaarde van het vak Variabelen invoeren om de opgeslagen procedure te testen.
U kunt verschillende testwaarden gebruiken om verschillende recordsets te genereren. Als u testwaarden wilt wijzigen, klikt
u op de knop Bewerken voor Parameter en verandert u de testwaarde, of klikt u op de knop Bewerken voor
Paginaparameter en verandert u de standaardwaarde.
11 Selecteer de optie 'Retourneert de volgende statuscode' en voer een naam voor de statuscode in als de opgeslagen
procedure een resultaatwaarde voor de statuscode retourneert. Klik op OK.
Wanneer u het vak hebt gesloten, voegt Dreamweaver ColdFusion-code op de pagina in die een opgeslagen procedure in
de database aanroept wanneer de code op de server wordt uitgevoerd. De opgeslagen procedure voert op zijn beurt een
databasebewerking uit, bijvoorbeeld het invoegen van een record.
Als de opgeslagen procedure parameters nodig heeft, kunt u een pagina maken waarop de parameterwaarden worden
verzameld en worden verstuurd naar de pagina met de opgeslagen procedure. U zou bijvoorbeeld een pagina kunnen
maken die URL-parameters of een HTML-formulier gebruikt om parameterwaarden van gebruikers te verkrijgen.
Zie ook
“Een geavanceerde recordset definiëren door SQL te schrijven” op pagina 524
Een opgeslagen procedure toevoegen (ASP.NET)
U kunt een opgeslagen procedure gebruiken om een database te wijzigen. Een opgeslagen procedure is een herbruikbaar
database-item dat een bepaalde bewerking met de database uitvoert.
Opmerking: Microsoft Access- en MySQL-databases bieden geen ondersteuning voor opgeslagen procedures.
Voordat u een opgeslagen procedure gebruikt om een database te wijzigen, moet u ervoor zorgen dat de opgeslagen
procedure SQL bevat dat de database in een bepaald opzicht verandert. Raadpleeg uw databasedocumentatie en een goede
handleiding voor Transact-SQL voor instructies bij het maken van een opgeslagen procedure en het opslaan ervan in uw
database.
1 Open de pagina die de opgeslagen procedure zal uitvoeren, in Dreamweaver.
2 Klik in het paneel Bindingen (Venster > Bindingen) op de plusknop (+) en selecteer Opgeslagen procedure.
3 Voer in het dialoogvenster Opslagen procedures een naam in voor de opgeslagen procedure.
4 Selecteer in het pop-upmenu Verbinding een verbinding met de database die de opgeslagen procedure bevat.
Klik op de knop Definiëren als u een verbinding moet definiëren.
5 Selecteer een opgeslagen procedure in het pop-upmenu Procedures.
Dreamweaver vult alle parameters automatisch in.
6 Selecteer de optie 'Retourneert gegevensset' als de opgeslagen procedure een gegevensset retourneert. Klik vervolgens op
Testen om te zien welke gegevensset door de opgeslagen procedure wordt geretourneerd.
7 Selecteer een parameter en klik op Bewerken als u wijzigingen wilt aanbrengen.
8 Breng in het dialoogvenster Variabele voor opgeslagen procedure bewerken de gewenste wijzigingen aan:
De naam van de variabele die u bewerkt, wordt in het vak Naam weergegeven.
Selecteer het type variabele in het pop-upmenu. Voer de grootte van de variabele in.
Selecteer een richting in het pop-upmenu. Een opgeslagen procedure kan invoerwaarden, uitvoerwaarden of beide
hebben.
Voer een testwaarde in.
Klik op de knop Bouwen om de waarde op te bouwen. Selecteer in het dialoogvenster Waarde opbouwen een bron in het
pop-upmenu, voer een standaardwaarde in en klik op OK.
Klik op OK om het dialoogvenster Variabele voor opgeslagen procedure bewerken te sluiten en de wijzigingen die u hebt
aangebracht, te accepteren.