Operation Manual
DREAMWEAVER CS3
Handboek
620
Gebruik het paneel Databases in Dreamweaver om de waarde voor Grootte te verkrijgen. Zoek de database in het paneel
Databases en vouw het item uit. Zoek vervolgens de tabel waarmee u werkt en vouw ook deze uit. In de tabel worden de
grootten van de velden vermeld. U vindt hier bijvoorbeeld ADDRESS (WChar 50). In dit voorbeeld is 50 de grootte. U
kunt de grootte ook in uw databasetoepassing vinden.
Opmerking: De gegevenstypen Numeriek, Boolean en Datum/tijd hebben altijd de grootte -1.
In de volgende tabel vindt u de waarde voor Type:
Zie www.adobe.com/go/4e6b330a_nl voor meer informatie over het type en de grootte van SQL-variabelen.
6 Sluit het dialoogvenster.
Dreamweaver voegt ASP-code in uw pagina in die, wanneer deze op de server wordt uitgevoerd, een opdracht maakt die
records in de database invoegt, bijwerkt of verwijdert.
Standaard stelt de code de eigenschap Prepared van het Command-object in op
true, zodat de toepassingsserver dezelfde
gecompileerde versie van het object telkens opnieuw gebruikt wanneer de opdracht wordt uitgevoerd. Als u deze instelling
wilt wijzigen, gaat u naar de codeweergave en verandert u de eigenschap Prepared (Voorbereid) in
false.
7 Maak een pagina met een HTML-formulier zodat gebruikers recordgegevens kunnen invoeren. Neem in het HTML-
formulier drie tekstvelden (txtCity, txtAddress en txtPhone) en een verzendknop op. Het formulier gebruikt de methode
GET en verzendt de waarden van de tekstvelden naar de pagina die uw opdracht bevat.
Over voorbereide JSP-instructies
Een voorbereide JSP-instructie is een herbruikbaar serverobject dat een SQL-instructie bevat. U kunt elke geldige SQL-
instructie in een voorbereide instructie plaatsen. Een voorbereide instructie kan bijvoorbeeld een SQL-instructie bevatten
die een recordset retourneert, of een die records in een database invoegt, bijwerkt of verwijdert.
Een voorbereide instructie is in die zin herbruikbaar dat de toepassingsserver een enkele instantie van het voorbereide
instructie-object gebruikt om de database een aantal keer te bevragen. In tegenstelling tot het JSP-instructie-object wordt
voor elke nieuwe databasequery geen nieuwe instantie van het voorbereide instructie-object gemaakt. Als u weet dat de
instructie meerdere malen zal worden uitgevoerd, worden databasebewerkingen doeltreffender en met minder
servergeheugen uitgevoerd als u een gecompileerde versie van het object hebt.
Een voorbereide-instructieobject wordt gemaakt met een Java-scriptlet op een JSP-pagina. In Dreamweaver kunt u echter
voorbereide instructies maken zonder een enkele regel Java-code te schrijven.
Als u belangstelling hebt voor de code, bekijkt u het volgende scriptlet waarin een voorbereide instructie wordt gemaakt:
String myquery = “SELECT * FROM EMPLOYEES WHERE DEPARTMENT = ?”;
PreparedStatement mystatement = connection.prepareStatement(myquery);
Type in database Type in Dreamweaver Grootte
Numeric (MS Access, MS SQL Server,
MySQL)
Double -1
Boolean, Yes/No (MS Access, MS SQL
Server, MySQL)
Double -1
Date/Time (MS Access, MS SQL Server,
MySQL)
DBTimeStamp -1
Alle andere tekstveldtypen,waaronder
de MySQL-tekstgegevenstypen char,
varchar en longtext
LongVarChar databasetabel control
eren
Text (MS Access) of nvarchar, nchar (MS
SQL Server)
VarWChar databasetabel controleren
Memo (MS Access), ntext (MS SQL
Server), of velden die grote
hoeveelheden tekst ondersteunen
LongVarWChar 1073741823