Operation Manual
DREAMWEAVER CS3
Handboek
619
Opmerking: Niet alle databaseproviders ondersteunen voorbereide opdrachten. Als uw database geen voorbereide opdrachten
ondersteunt, wordt mogelijk een foutbericht weergegeven wanneer u deze eigenschap instelt op
true. Het is zelfs mogelijk dat
het verzoek wordt genegeerd om de opdracht voor te bereiden en de eigenschap Prepared (Voorbereid) in te stellen op
false.
Een opdrachtobject wordt gemaakt met scripts op een ASP-pagina, maar in Dreamweaver kunt u opdrachtobjecten ook
maken zonder een enkele regel ASP-code te schrijven.
ASP-opdrachten gebruiken om een database te wijzigen
Met Dreamweaver kunt u ASP-opdrachtobjecten maken om records in een database in te voegen, bij te werken of te
verwijderen. U verstrekt het opdrachtobject met de SQL-opdracht of opgeslagen procedure die de bewerking voor de
database uitvoert.
1 Open in Dreamweaver de ASP-pagina waarop de opdracht wordt uitgevoerd.
2 Open het paneel Servergedrag (Venster > Servergedrag), klik op de plusknop (+) en selecteer Opdracht.
3 Voer een naam voor de opdracht in, selecteer een verbinding met de database die de records bevat die u wilt bewerken,
en selecteer de bewerking die u wilt uitvoeren: Invoegen, Bijwerken of Verwijderen.
Dreamweaver start de SQL-instructie op basis van het type bewerking dat u hebt geselecteerd. Als u bijvoorbeeld Invoegen
selecteert, ziet het dialoogvenster eruit als in het volgende voorbeeld:
4 Maak de SQL-instructie af.
Raadpleeg een handleiding bij Transact SQL voor informatie over het schrijven van SQL-instructies die databases wijzigen.
5 Gebruik het gebied Variabelen als u SQL-variabelen wilt definiƫren. Geef de naam en runtime waarde op. Door het type
en de grootte van elke variabele op te geven, kunt u injectie-aanvallen voorkomen.
In het volgende voorbeeld ziet u een Insert-instructie die drie SQL-variabelen bevat. De waarden van deze variabelen
worden verschaft door URL-parameters die aan de pagina worden doorgegeven, zoals is gedefinieerd in de kolom Runtime-
waarde van het gebied Variabelen.