Operation Manual

DREAMWEAVER CS3
Handboek
561
Toegang krijgen tot Dreamweaver Exchange
1 In Dreamweaver krijgt u op de volgende manieren toegang tot Dreamweaver Exchange:
Kies Help > Dreamweaver Exchange.
Kies Venster > Servergedrag, klik op de plusknop (+) en kies Meer servergedragingen ophalen.
De Dreamweaver Exchange-webpagina wordt in uw browser geopend.
2 Meld u met uw Adobe-id aan bij Exchange of volg de instructies om een Adobe-account te openen als u nog geen
Dreamweaver Exchange-id voor uzelf hebt gemaakt.
Een servergedrag of andere extensie in Dreamweaver installeren
1 Start Extensiebeheer met de opdracht Opdrachten > Extensies beheren.
2 Kies Bestand > Pakket installeren in Extensiebeheer.
Zie Extensiebeheer gebruiken voor meer informatie.
Werkwijze voor aangepast servergedrag
Als u bekwaam bent in ColdFusion, ASP.NET, JavaScript, VBScript, PHP of Java, kunt u uw eigen servergedrag schrijven.
De stappen voor het maken van een servergedrag zijn de volgende:
Schrijf een of meer codeblokken die de vereiste actie uitvoeren.
Bepaal waar het codeblok in de HTML-code op de pagina moet worden ingevoegd.
Als voor het servergedrag een parameterwaarde moet worden opgegeven, maakt u een dialoogvenster waarin de
webontwikkelaar die het gedrag toepast, wordt gevraagd een geschikte waarde op te geven.
Test het servergedrag voordat anderen het kunnen toepassen.
Zie ook
“Vraag een parameter voor het servergedrag” op pagina 567
Servergedrag testen” op pagina 570
De opbouwfunctie voor servergedrag gebruiken
Gebruik de opbouwfunctie voor servergedrag om de codeblokken toe te voegen die het gedrag in een pagina invoegen.
1 Klik in het paneel Servergedrag (Venster > Servergedrag) op de plusknop (+) en kies Nieuw servergedrag.
2 Kies in het pop-upmenu Documenttype het type document waarvoor u het servergedrag ontwikkelt.
3 Voer in het vak Naam een naam voor het servergedrag in.
4 (Optioneel) Als u een bestaand servergedrag wilt toevoegen om het gedrag dat u maakt, aan te vullen, kiest u de optie
Bestaand servergedrag kopiëren en selecteert u vervolgens het servergedrag in het pop-upmenu Gedrag dat moet worden
gekopieerd. Klik op OK.
Het dialoogvenster Opbouwfunctie voor servergedrag wordt weergegeven.
5 Als u een nieuw codeblok wilt toevoegen, klikt u op de plusknop, voert u de naam van het codeblok in en klikt u op OK.
De naam die u invoert, verschijnt in de opbouwfunctie voor servergedrag. De juiste scripttags worden in het vak Codeblok
weergegeven.
6 Voer in het vak Codeblok de runtimecode in die nodig is om het servergedrag te implementeren.
Opmerking: Bij het invoeren van code in het vak Codeblok kan u alleen een enkele tag of codeblok invoeren voor elk benoemd
codeblok (bijvoorbeeld, myBehavior_block1, myBehavior_block2, myBehavior_blockn,etc.).Alsumeertagsofcodeblokken
invoert,moetuvoorelketagofelkcodeblokeenafzonderlijkcodeblokmaken. Ukuntcodeookvananderepagina'skopiëren
en plakken.