Operation Manual
DREAMWEAVER CS3
Handboek
514
De databasegegevens beperken die in Dreamweaver worden weergegeven
Geavanceerde gebruikers van grote databasesystemen zoals Oracle zouden het aantal database-items moeten beperken dat
door Dreamweaver in de ontwerpfase wordt opgehaald en weergegeven. Een Oracle-database kan items bevatten die
Dreamweaver in de ontwerpfase niet kan verwerken. U kunt in Oracle een schema maken en dit in Dreamweaver
gebruiken om overbodige items in de ontwerpfase eruit te filteren.
Opmerking: In Microsoft Access kunt u geen schema of catalogus maken.
Andere gebruikers kunnen profiteren van een beperking van de hoeveelheid informatie die Dreamweaver in de
ontwerpfase ophaalt. Sommige databases bevatten tientallen of zelfs honderden tabellen, en waarschijnlijk wilt u deze
liever niet allemaal weergeven terwijl u werkt. Met een schema of catalogus kunt u het aantal database-items beperken dat
in de ontwerpfase wordt opgehaald.
U moet een schema of catalogus in uw databasesysteem maken voordat u het kunt toepassen in Dreamweaver. Raadpleeg
de documentatie bij uw databasesysteem of neem contact op met de systeembeheerder.
Opmerking: U kunt in Dreamweaver geen schema of catalogus toepassen als u een ColdFusion-toepassing ontwikkelt of
Microsoft Access gebruikt.
1 Open een dynamische pagina in Dreamweaver en open vervolgens het paneel Databases (Venster > Databases).
• Als de databaseverbinding bestaat, klikt u met de rechtermuisknop (Windows) of klikt u terwijl u Control ingedrukt
houdt (Macintosh), op de verbinding in de lijst en kiest u Verbinding bewerken in het snelmenu.
• Als de verbinding niet bestaat, klikt u op de plusknop (+) boven in het paneel en maakt u de verbinding.
2 Klik in het dialoogvenster voor de verbinding op Geavanceerd.
3 Geef het schema of de catalogus op en klik op OK.
De eigenschappencontrole instellen voor opgeslagen ColdFusion-procedures, ASP-
opdrachten en aanroepbare JSP-routines
Wijzig de geselecteerde opgeslagen procedure. Welke opties beschikbaar zijn, hangt af van de servertechnologie.
❖ Bewerk de opties. Wanneer u in de eigenschappencontrole een nieuwe optie selecteert, wordt de pagina in Dreamweaver
bijgewerkt.
Zie ook
“Dynamische inhoud bewerken” op pagina 540
De eigenschappencontrole instellen voor op JSP voorbereide instructies
Deze eigenschappencontrole is bedoeld om de geselecteerde, op JSP voorbereide instructie te wijzigen.
❖ Bewerk de opties. Wanneer u in de eigenschappencontrole een nieuwe optie selecteert, wordt de pagina in Dreamweaver
bijgewerkt.
Opties van Invoernaam
De eigenschappencontrole wordt weergegeven wanneer Dreamweaver een onbekend invoertype tegenkomt. Dit is
doorgaans het gevolg van een typefout of andere gegevensinvoerfout.
Als u het veldtype in de eigenschappencontrole verandert in een waarde die Dreamweaver herkent (als u bijvoorbeeld de
typefout verbetert), wordt de eigenschappencontrole bijgewerkt en worden de eigenschappen voor het herkende type
weergegeven. Stel in de eigenschappencontrole een van de volgende opties in:
Invoernaam Hiermee geeft u het veld een naam. Dit vakje is vereist, en de naam moet uniek zijn.
Type Hiermee stelt u het invoertype van het veld in. De inhoud van dit vakje geeft de waarde weer van het invoertype dat
op dat moment in de HTML-broncode voorkomt.
Waarde Hiermee stelt u de waarde van het veld in.