Operation Manual
DREAMWEAVER CS3
Handboek
459
10 Als u wilt dat de gegevens automatisch worden gesorteerd wanneer ze worden geladen, selecteert u een element in het
menu Sorteren. Als u later een sorteerbare Spry-tabel met een andere sorteervolgorde invoegt, heeft die sorteervolgorde
prioriteit.
11 Selecteer Oplopend of Aflopend in het menu Richting om de sorteervolgorde op te geven.
12 Schakel de optie Onderscheiden bij laden in als u ervoor wilt zorgen dat er geen dubbele kolommen zijn.
13 Schakel de optie XML-caching uitschakelen in als u de gegevens rechtstreeks van de server wilt laden. Om de prestaties
te verbeteren, wordt de Spry XML-gegevensset standaard geladen in een lokale cache op de computer van de gebruiker. Als
u echter met uiterst dynamische gegevens werkt, heeft deze methode geen voordelen.
14 Selecteer de optie Gegevens automatisch vernieuwen en voer een waarde in milliseconden in. Als u deze optie
inschakelt, vernieuwt de gegevensset de XML-gegevens automatisch na het opgegeven interval vanaf de server. Dit is handig
bij gegevens die regelmatig veranderen.
15 Klik op OK om deze gegevensset aan uw pagina te koppelen.
Belangrijk: Wanneer u een Spry-gegevensset definieert, worden verschillende regels code aan uw bestand toegevoegd om de
Spry-elementen: de bestanden xpath.js en SpryData.js, te identificeren. Verwijder deze code niet, anders werken de functies
voor de Spry-gegevensset niet.
Een invoer ontwerptijd gebruiken
Als u met gegevens werkt die nog in ontwikkeling zijn, is het soms handig om met een invoer ontwerptijd te werken. Als
de serverontwikkelaar bijvoorbeeld nog bezig is met het voltooien van de database achter uw XML-gegevensbestand, kunt
u een testversie van het bestand gebruiken om uw pagina onafhankelijk van de database-ontwikkeling te ontwerpen.
Als u met invoer ontwerp wilt werken, moet u eerst de categorie Testserver van het dialoogvenster Sitedefinitie invullen.
❖ U verkrijgt een invoer ontwerptijd door het bestand te zoeken en op OK te klikken. (U opent dit dialoogvenster door in
het dialoogvenster Spry-gegevensset definiëren op de koppeling te klikken.)
Opmerking: Wanneer u het uiteindelijke bestand laadt, moet u eraan denken om de bestandslocatie van het gegevensbestand
te wijzigen in die van het serverbestand.
Zie ook
“Een testserver instellen” op pagina 45
Een Spry-gebied maken
Het Spry-framework gebruikt twee typen gebieden: het ene is een Spry-gebied dat gegevensobjecten bevat, zoals tabellen
en herhalingen, en het andere is een Spry-detailgebied dat samen met een hoofdtabelobject wordt gebruikt om het
dynamisch bijwerken van gegevens op een Dreamweaver-pagina mogelijk te maken.
Alle Spry-gegevensobjecten moeten in een Spry-gebied zijn ingesloten. (Als u een Spry-gegevensobject probeert toe te
voegen voordat u een Spry-gebied aan een pagina hebt toegevoegd, wordt u in Dreamweaver gevraagd eerst een Spry-
gebied toe te voegen.) Standaard zijn Spry-gebieden HTML-<div>-containers. U kunt deze toevoegen voordat u een tabel
toevoegt, u kunt ze automatisch laten toevoegen wanneer u een tabel of herhaling invoegt en u kunt ze rond bestaande
tabel- of herhalingsobjecten plaatsen.
Als u een detailgebied toevoegt, voegt u doorgaans eerst het hoofdtabelobject toe en selecteert u de optie Detailgebieden
bijwerken. De enige waarde die anders is, en specifiek voor een detailgebied, is de optie Type in het dialoogvenster Spry-
gebied invoegen.
1 Kies Invoegen > Spry > Spry-gebied.
U kunt ook op de knop Spry-gebied in de categorie Spry van de invoegbalk klikken.
2 Voor de objectcontainer selecteert u de optie <div> of <span>. Standaard wordt een <div>-container gebruikt.