Operation Manual
DREAMWEAVER CS3
Handboek
293
Gebruik haakjes om groepen binnen de standaardexpressie van elkaar te scheiden, zodat u er later naar kunt verwijzen.
Gebruik vervolgens $1, $2, $3 in het veld Vervangen door om te verwijzen naar de eerste, tweede of derde groep tussen
haakjes.
Opmerking: Als u in het vak 'Zoeken naar' wilt verwijzen naar een groep tussen haakjes eerder in de standaardexpressie,
gebruikt u \1, \2, \3 enzovoort in plaats van $1, $2, $3.
Als u bijvoorbeeld zoekt naar (\d+)\/(\d+)\/(\d+) en dit vervangt door $2/$1/$3, worden de dag en maand in een datum
met schuine strepen verwisseld. Zo kunt u datums in de Amerikaanse notatie omzetten in de Europese notatie en
omgekeerd.
Zie ook
“Zoeken naar tags, kenmerken of tekst in code” op pagina 306
“Zoekpatronen opslaan en terughalen” op pagina 307
Code voor servergedrag
Wanneer u een dynamische pagina ontwerpt en servergedrag selecteert in het paneel Servergedrag, voegt Dreamweaver een
of meer codeblokken in de pagina in die zorgen dat het servergedrag werkt.
Als u de code in een codeblok handmatig wijzigt, kunt u het servergedrag niet meer bewerken via panelen zoals de panelen
Bindingen en Servergedrag. Dreamweaver zoekt naar specifieke patronen in de paginacode om servergedrag te detecteren
en weer te geven in het paneel Servergedrag. Als u de code in een codeblok op enigerlei wijze verandert, kan Dreamweaver
het servergedrag niet meer detecteren en weergeven in het paneel Servergedrag. Het servergedrag is echter nog steeds op
de pagina aanwezig en u kunt dit bewerken in de codeeromgeving in Dreamweaver.
Zie ook
“Automatische codewijzigingen in Dreamweaver” op pagina 288
“De werkruimte optimaliseren voor visuele ontwikkeling” op pagina 512
“Databaserecords weergeven” op pagina 542
De codeeromgeving opzetten
De codeeromgeving wijzigen
U kunt de codeeromgeving in Dreamweaver aanpassen aan uw manier van werken. U kunt bijvoorbeeld de manier wijzigen
waarop u code weergeeft, verschillende sneltoetsen instellen of uw favoriete tagbibliotheek importeren en gebruiken.
Code weergeven
U kunt de broncode voor het huidige document op verschillende manieren weergeven: u kunt de code weergeven in het
documentvenster door de codeweergave in te schakelen, u kunt het documentvenster splitsen, zodat de pagina en de
bijbehorende code worden weergegeven, of u kunt werken in de codecontrole, een apart codevenster. De codecontrole
werkt op dezelfde manier als de codeweergave. U kunt dit beschouwen als een soort losstaande codeweergave voor het
huidige document.
Zie ook
“De codeopmaak wijzigen” op pagina 296
“De coderingstips instellen” op pagina 297
“Codekleuren instellen” op pagina 299