Operation Manual

DREAMWEAVER CS3
Handboek
150
Opmerking: Als de inhoud van het AP-element de opgegeven grootte overschrijdt, wordt de onderrand van het AP-element
(zoals deze wordt weergegeven in de ontwerpweergave in Dreamweaver) uitgestrekt om de volledige inhoud te kunnen bevatten.
(De onderrand wordt niet uitgestrekt wanneer het AP-element in een browser wordt weergegeven, tenzij de eigenschap
Overloop wordt ingesteld op Zichtbaar.)
De standaardeenheid voor positie en grootte is pixels (px). U kunt echter ook de volgende eenheden opgeven: pc (pica's),
pt (punten), in (inches), mm (millimeters), cm (centimeters) of % (percentage van de overeenkomstige waarde van het
bovenliggende AP-element). De afkortingen moeten zonder spatie op de waarde volgen: Bijvoorbeeld, 3mm geeft 3
millimeter aan.
Z-index Hiermee bepaalt u de Z-index, of stapelvolgorde, van het AP-element.
In een browser worden AP-elementen met een hoger nummer vóór AP-elementen met een lager nummer weergegeven.
Waarden kunnen positief of negatief zijn. De stapelvolgorde van AP-elementen kan gemakkelijker worden gewijzigd met
behulp van het paneel AP-elementen, in plaats van specifieke waarden voor de Z-index op te geven.
Vis Hiermee geeft u aan of het AP-element aanvankelijk zichtbaar ("visible") is of niet. Kies een van de volgende opties:
Met Standaard wordt geen zichtbaarheidseigenschap opgegeven. Wanneer er geen zichtbaarheid is opgegeven,
gebruiken de meeste browsers Overnemen als standaardwaarde.
Met Overnemen wordt de zichtbaarheidseigenschap van het bovenliggende element van het AP-element gebruikt.
Met Zichtbaar wordt de inhoud van het AP-element weergegeven, ongeacht de waarde van het bovenliggende element.
Met Verborgen wordt de inhoud van het AP-element verborgen, ongeacht de waarde van het bovenliggende element.
Gebruik een scripttaal, zoals JavaScript, om de zichtbaarheidseigenschap te bepalen en om de inhoud van AP-elementen
dynamisch weer te geven.
Achtergrondafbeelding Hiermee geeft u een achtergrondafbeelding voor het AP-element op.
Klik op het pictogram voor de map waarnaar u gaat bladeren, en selecteer een afbeeldingsbestand.
Achtergrondkleur Hiermee geeft u een achtergrondkleur van het AP-element op.
Laat deze optie leeg om een transparante achtergrond op te geven.
Klasse Hiermee geeft u de CSS-klasse voor de stijl van het AP-element op.
Overloop Hiermee bepaalt u hoe AP-elementen er in een browser uitzien wanneer de inhoud de opgegeven grootte van het
AP-element overschrijdt.
Met Zichtbaar geeft u aan dat de extra inhoud in het AP-element wordt weergegeven; in feite wordt het AP-element
uitgestrekt om de extra inhoud te kunnen bevatten. Met Verborgen geeft u aan dat de extra inhoud niet in de browser wordt
weergegeven. Met Schuiven geeft u aan dat de browser schuifbalken aan het AP-element moet toevoegen, ongeacht of deze
nodig zijn of niet. Met Auto geeft de browser alleen schuifbalken voor het AP-element weer wanneer dit nodig is (d.z.w.
wanneer de inhoud van het AP-element de grenzen van het element overschrijdt).
Opmerking: De optie
Overloop wordt nogal wisselend in browsers ondersteund.
Uitknippen Hiermee definieert u het zichtbare gebied van een AP-element.
Geef de linker-, boven-, rechter- en ondercoördinaten op om een rechthoek te definiëren in het coördinatengebied van het
AP-element (waarbij wordt geteld vanaf de linkerbovenhoek van het AP-element). Het AP-element wordt "uitgeknipt",
zodat alleen de opgegeven rechthoek zichtbaar is. Als u bijvoorbeeld de inhoud van een AP-element onzichtbaar wilt
maken, met uitzondering van een zichtbare rechthoek in de linkerbovenhoek van het AP-element van 50 pixels breed en
75 pixels hoog, stelt u L (links) in op 0, T (boven) op 0, R (rechts) op 50, en B (onder) op 75.
Opmerking: Hoewel CSS verschillende betekenissen hecht aan "clip" (uitknippen), interpreteert Dreamweaver een "clip" op
dezelfde wijze als de meeste browsers dat doen.
4 Als u een waarde in een tekstvak hebt opgegeven, drukt u op Tab of Enter (Windows) of op Return (Macintosh) om de
waarde toe te passen.