Operation Manual
DREAMWEAVER CS3
Handboek
119
Informatie over CSS-stijlen
De term naast elkaar verwijst naar de manier waarop een browser uiteindelijk stijlen voor specifieke elementen op een
webpagina weergeeft. Drie verschillende bronnen zijn verantwoordelijk voor de stijlen die u op een webpagina ziet: de
stijlpagina die is gemaakt door de auteur van de pagina, de (eventuele) aangepaste stijlselecties van de gebruiker en de
standaard stijl van de browser zelf. In de voorgaande onderwerpen wordt het maken van stijlen voor een webpagina
beschreven als de auteur van zowel de webpagina als de stijlpagina die aan die pagina is gekoppeld. Maar browsers hebben
ook hun eigen standaard stijlpagina's die de weergave van webpagina's opleggen en gebruikers kunnen ook hun browsers
aanpassen door selecties te maken waarmee de weergave van webpagina's wordt aangepast. De uiteindelijke weergave van
een webpagina is het resultaat van het samenkomen (of "trapsgewijs weergeven") van de regels van deze drie bronnen om
de webpagina optimaal weer te geven.
Een veelgebruikt label—het alinealabel, of
<p>-label—illustreert het concept. Browsers hebben standaard stijlpagina's die
het lettertype en de tekengrootte voor alineatekst (dat wil zeggen, tekst die tussen
<p>-labels in de HTML-code staat)
definiëren. In Internet Explorer wordt bijvoorbeeld alle standaardhoofdtekst, met inbegrip van alineatekst, standaard in
Times New Roman, Normale grootte lettertype weergegeven.
Als de auteur van een webpagina kunt u echter een stijlpagina maken die de standaardstijl van de browser voor het
alinealettertype en de alineatekengrootte vervangt. U kunt bijvoorbeeld in uw stijlpagina de volgende regel maken:
p {
font-family: Arial;
font-size: small;
}
Als een gebruiker de pagina laadt, worden de standaardinstelllingen voor de alineatekst van de browser vervangen door het
alinealettertype en de tekengrootte die u als auteur hebt ingesteld.
Gebruikers kunnen selecties maken om de browserweergave optimaal aan te passen voor eigen gebruik. In Internet
Explorer kan de gebruiker bijvoorbeeld Weergave > Tekstgrootte > Grootste selecteren om het paginalettertype uit te
breiden naar een grootte die beter leesbaar is als hij vindt dat het lettertype te klein is. Uiteindelijk (tenminste in dit geval)
vervangt de selectie van de gebruiker zowel de standaardstijlen van de browser voor de alineatekengrootte als de
alineastijlen die door de auteur van de webpagina zijn gemaakt.
Overerving is een ander belangrijk deel van de getrapte versie. Eigenschappen voor de meeste elementen op een webpagina
worden overgeërfd—alinealabels erven bijvoorbeeld bepaalde eigenschappen van het body-label over, labels voor een lijst
met opsommingstekens erven bepaalde eigenschappen van alinealabels over, enzovoort. Bijvoorbeeld wanneer u in uw
stijlpagina de volgende regel maakt:
body {
font-family: Arial;
font-style: italic;
}
Alle alineatekst op uw webpagina (en tekst die eigenschappen overerft van het alinealabel) zal Arial en cursief zijn, omdat
het alinealabel deze eigenschappen van het body-label overerft. U kunt echter specifieker worden met uw regels en stijlen
maken die de standaardformule voor overerving vervangen. Bijvoorbeeld wanneer u in uw stijlpagina de volgende regel
maakt:
body {
font-family: Arial;
font-style: italic;
}
p {
font-family: Courier;
font-style: normal;
}
Alle standaardhoofdtekst zal Arial en cursief zijn, behalve (overgeërfde) alineatekst, die zal worden weergegeven als Courier
normal (niet-cursief). Technisch gezien erft het alinealabel eerst de eigenschappen over die zijn ingesteld voor het body-
label, maar negeert het vervolgens die eigenschappen omdat het zelf haar eigen gedefinieerde eigenschappen heeft. Omdat
pagina-elementen in het algemeen eigenschappen overerven van erboven, veroorzaakt de rechtstreekse toepassing van een
eigenschap op een label met andere woorden altijd een vervanging van de standaardformule voor overerving.