Operation Manual

beschikbaar wanneer het ASP-servermodel wordt gebruikt.
Voordat u een servergedrag Ga naar aanverwante pagina aan een pagina toevoegt, moet u ervoor zorgen dat de pagina formulier- of URL-
parameters van een andere pagina ontvangt. Het servergedrag heeft als taak om deze parameters door te geven aan een derde pagina. U kunt
bijvoorbeeld zoekparameters die u van een resultatenpagina hebt ontvangen, aan een andere pagina doorgeven zodat de gebruiker de
zoekparameters niet nogmaals hoeft in te voeren.
U kunt eveneens tekst of een afbeelding op de pagina selecteren die als koppeling naar de aanverwante pagina fungeert, of u kunt de aanwijzer
op de pagina plaatsen zonder iets te selecteren, waarna de koppelingstekst wordt ingevoegd.
1. Klik in het vak Ga naar aanverwante pagina op Bladeren en zoek het bestand van de aanverwante pagina.
Als de huidige pagina gegevens naar zichzelf verzendt, voert u de bestandsnaam van de huidige pagina in.
2. Als de parameters die u wilt doorgeven, rechtstreeks zijn ontvangen vanuit een HTML-formulier met de methode GET of in de
URL van de pagina worden vermeld, selecteert u de optie URL-parameters.
3. Als de parameters die u wilt doorgeven, rechtstreeks zijn ontvangen vanuit een HTML-formulier met de methode POST,
selecteert u de optie Formulierparameters.
4. Klik op OK.
Wanneer op de nieuwe koppeling wordt geklikt, geeft de pagina de parameters met een queryreeks aan de aanverwante
pagina door.
Meer Help-onderwerpen
Juridische kennisgevingen | Online privacybeleid
771