Operation Manual
Naar boven
Wanneer u een servergedrag toepast, wordt een van de codeblokken in het gedrag aangewezen als het 'codeblok dat moet worden geselecteerd'.
Als u het servergedrag toepast en het gedrag vervolgens in het paneel Servergedrag selecteert, wordt het aangewezen blok in het
documentvenster geselecteerd. Standaard wordt in Dreamweaver het eerste codeblok geselecteerd dat zich niet boven de html-tag. Als alle
codeblokken boven de html-tag staan, wordt het eerste codeblok geselecteerd. Geavanceerde gebruikers kunnen opgeven welk codeblok het
geselecteerde is.
Codeblokken maken
De codeblokken die u in de opbouwfunctie voor servergedrag maakt, worden opgenomen in een servergedrag dat in het paneel Servergedrag
wordt weergegeven. De code kan elke geldige runtimecode voor het opgegeven servermodel zijn. Als u bijvoorbeeld ColdFusion als het
documenttype voor uw aangepast servergedrag selecteert, moet de code worden geschreven in geldige ColdFusion-code die op een ColdFusion-
toepassingsserver wordt uitgevoerd.
U kunt de codeblokken rechtstreeks in de opbouwfunctie voor servergedrag maken, of u kunt de code uit andere bronnen kopiƫren en plakken. Elk
codeblok dat u in de opbouwfunctie voor servergedrag maakt, moet een enkele tag of een enkel scriptblok zijn. Als u meerdere tagblokken moet
invoeren, splitst u ze in afzonderlijke codeblokken.
Voorwaarden in codeblokken
In Dreamweaver kunt u codeblokken ontwikkelen die besturingsinstructies bevatten die voorwaardelijk worden uitgevoerd. De Opbouwfunctie voor
servergedrag gebruikt if, elseif- en else-instructies en kan ook parameters voor servergedrag bevatten. Op die manier kunt u andere tekstblokken
invoegen op basis van de waarden of OR-relaties tussen parameters voor servergedrag.
In het volgende voorbeeld worden de instructies if, elseif en else weergegeven. De vierkante haken ([ ]) duiden op optionele code en het sterretje
(*) geeft nul of meer instanties aan. Gebruik de volgende syntaxis als u een gedeelte van een codeblok of het hele codeblok alleen wilt uitvoeren
als een of meer voorwaarden gelden:
Voorwaardelijke expressies kunnen alle JavaScript-expressies zijn die kunnen worden geƫvalueerd met de JavaScript-functie eval() en kunnen
een parameter voor servergedrag bevatten die wordt gemarkeerd door @@'s. (De @@'s onderscheiden de parameter van JavaScript-variabelen
en trefwoorden.)
Voorwaardelijke expressies doeltreffend gebruiken
Wanneer u if, else- en elseif-instructies in de XML-tag insertText gebruikt, wordt de desbetreffende tekst vooraf verwerkt om de if-instructies op te
lossen en te bepalen welke tekst in het resultaat moet worden opgenomen. De if- en elseif-instructies gebruiken de expressie als een argument.
De voorwaardelijke expressie is dezelfde als die voor voorwaardelijke JavaScript-expressies, en kan ook parameters voor servergedrag bevatten.
Met dergelijke instructies kunt u kiezen tussen verschillende codeblokken op basis van de waarden van, of de relaties tussen, parameters voor
servergedrag.
De volgende JSP-code bijvoorbeeld is afkomstig uit een Dreamweaver-servergedrag dat een volgend voorwaardelijk codeblok gebruikt:
Het voorwaardelijke codeblok begint met <@ if (@@callableName@@ ! = '') @> en eindigt met <@ endif @>. Als de gebruiker volgens de code
een waarde invult voor de @@callableName@@-parameter in het dialoogvenster Parameter van het servergedrag (indien dus de
@@callableName@@-parameterwaarde niet nul is of @@callableName@@ != '')), dan wordt het voorwaardelijke codeblok vervangen door de
volgende instructies:
Anders wordt het codeblok vervangen door de volgende instructie:
1
2
3
<@ if (<dfn class="term">expression1</dfn>) @> <dfn class="term">conditional
text1</dfn>[<@ elseif (<dfn class="term">expression2</dfn>) @> <dfn class="term">conditional
text2</dfn>]*[<@ else @>
<dfn class="term">conditional text3</dfn>]<@ endif @>
1
2
3
4
5
6
7
@@rsName@@.close();
<@ if (@@callableName@@ != '') @>
@@callableName@@.execute();
@@rsName@@ = @@callableName@@.getResultSet();<@ else @>
@@rsName@@ = Statement@@rsName@@.executeQuery();
<@ endif @>
@@rsName@@_hasData = @@rsName@@.next();
1
2
@@callableName@@.execute();
@@rsName@@ = @@callableName@@.getResultSet();
720










