Operation Manual

Werken met include-bestanden op de server
Naar boven
Include-bestanden op de server
Include-bestanden op de server invoegen
De inhoud van een include-bestand op de server bewerken
Include-bestanden op de server
U kunt Dreamweaver gebruiken om include-bestanden op de server in uw pagina's in te voegen, de include-bestanden te bewerken of pagina's
met include-bestanden te bekijken.
Een include-bestand op de server is een bestand dat de server in uw document invoegt wanneer een browser het document opvraagt van de
server.
Wanneer de browser van een bezoeker het document opvraagt dat de include-instructie bevat, verwerkt de server de include-instructie en wordt er
een nieuw document gemaakt waarin de include-instructie wordt vervangen door de inhoud van het ingesloten bestand. De server stuurt dit
nieuwe document vervolgens naar de browser van de bezoeker. Wanneer u een lokaal document echter rechtstreeks in een browser opent, is er
geen server die de include-instructies in dat document kan verwerken, zodat de browser het document opent zonder die instructies te verwerken
en het bestand dat ingesloten zou moeten zijn, niet in de browser wordt weergegeven. Daarom kan het moeilijk zijn om, zonder Dreamweaver te
gebruiken na te gaan hoe lokale bestanden eruit zullen zien voor bezoekers nadat u ze op de server hebt geplaatst.
Met Dreamweaver kunt u documenten echter bekijken zoals ze eruit zullen zien nadat ze op de server zijn geplaatst, zowel in de ontwerpweergave
als wanneer u de functie Voorvertoning in browser gebruikt. Daartoe moet u er echter voor zorgen dat u een voorvertoning weergeeft van het
bestand dat de include als een tijdelijk bestand bevat. (Kies Bewerken > Voorkeuren, selecteer de categorie Voorvertoning in browser en zorg
ervoor dat de optie Voorvertonen met een tijdelijk bestand is ingeschakeld.)
Opmerking: Als u een testserver gebruikt, bijvoorbeeld Apache of Microsoft IIS, om een voorvertoning van de bestanden op een lokaal station te
bekijken, hoeft u het bestand niet als een tijdelijk bestand weer te geven aangezien de server de verwerking voor u uitvoert.
Als u een include-bestand op de server in een document invoegt, wordt een verwijzing naar een extern bestand ingevoegd, maar wordt de inhoud
van het opgegeven document niet in het huidige document ingevoegd. De inhoud van het opgegeven bestand mag alleen bestaan uit de inhoud
die u wilt insluiten. Dat betekent dat het bestand geen head-tags, body-tags of html-tags mag bevatten (met andere woorden: de <html>-tag—
HTML-opmaaktags als p-tags, div-tags, enzovoort, zijn wel toegestaan). Als deze tags wel voorkomen, geven ze problemen met de tags in het
oorspronkelijke bestand en wordt de pagina in Dreamweaver niet correct weergegeven.
U kunt het ingesloten bestand niet rechtstreeks in het document bewerken. Als u de inhoud van een include-bestand op de server wilt bewerken,
moet u dat bestand rechtstreeks bewerken. Wijzigingen in het externe bestand worden automatisch weerspiegeld in elk document waarin het
bestand is ingesloten.
Er bestaan twee soorten include-bestanden: Virtueel en Bestand. Dreamweaver voegt standaard includes van het bestandstype in, maar met de
eigenschappencontrole kunt u het type selecteren dat geschikt is voor het type webserver dat u gebruikt:
Als u een Apache-webserver gebruikt, selecteert u Virtueel. In Apache werkt Virtueel in alle gevallen, terwijl Bestand slechts in
bepaalde gevallen werkt.
Als u een Microsoft Internet Information Server (IIS) gebruikt, selecteert u Bestand. (Virtueel werkt alleen in bepaalde
omstandigheden met IIS.)
Opmerking: Helaas is het bij IIS niet mogelijk een bestand in te sluiten in een map boven de huidige map in de
mappenhiërarchie, tenzij speciale software op de server is geïnstalleerd. Als u een bestand wilt insluiten uit een hogere map in
de mappenhiërarchie op een IIS-server, vraag dan aan de systeembeheerder of de benodigde software is geïnstalleerd.
Voor andere soorten servers, of als u niet weet welk type server u gebruikt, vraagt u de systeembeheerder welke optie u moet
gebruiken.
Sommige servers zijn zo geconfigureerd dat ze alle bestanden onderzoeken om te kijken of deze include-bestanden op de
server bevatten. Andere servers onderzoeken alleen bestanden met een bepaalde bestandsextensie, zoals .shtml, .shtm of
.inc. Als een include-bestand op de server niet werkt, vraag de systeembeheerder dan of u een speciale extensie moet
gebruiken voor de naam van het bestand dat het include-bestand gebruikt. (Als het bestand bijvoorbeeld kano.html heet, moet
u de naam mogelijk wijzigen in kano.shtml.) Als u wilt dat bestanden de extensie .html of .htm behouden, vraag de
systeembeheerder dan om de server zo te configureren dat deze alle bestanden onderzoekt op include-bestanden (niet alleen
bestanden met bepaalde extensies). Een bestand parseren op de aanwezigheid van include-bestanden kost extra tijd, zodat
pagina's die de server parseert, iets trager worden geladen dan andere pagina's. Daarom zullen sommige systeembeheerders
niet de mogelijkheid bieden om alle bestanden te parseren.
519