Operation Manual

Naar boven
Bestanden op een externe server plaatsen
U kunt bestanden van de lokale site op de externe site plaatsen zonder dat daarmee de uitcheckstatus van het bestand wordt gewijzigd.
Er zijn twee veelvoorkomende situaties waarin u beter de opdracht Plaatsen kunt gebruiken in plaats van Inchecken:
U werkt niet samen met anderen aan dezelfde bestanden en u maakt geen gebruik van het systeem voor het in- en uitchecken
van bestanden.
U wilt de huidige versie van het bestand op de server plaatsen, maar u bent van plan om het bestand nog verder te bewerken.
Opmerking: Als u een bestand plaatst dat nog niet op de externe server aanwezig was en u het systeem voor het in- en
uitchecken van bestanden gebruikt, wordt het bestand naar de externe site gekopieerd en vervolgens uitgecheckt, zodat u
verder kunt gaan met het bewerken van dat bestand.
U kunt het deelvenster Bestanden of documentvenster gebruiken om bestanden te plaatsen. Dreamweaver maakt een logboek
aan van de bestandsactiviteiten tijdens de overdracht. Dit logboek kunt u bekijken en opslaan.
Opmerking: U kunt bestandsoverdracht op de achtergrond niet uitschakelen. Als het detaillogboek is geopend in het
dialoogvenster Bestandsactiviteiten op de achtergrond, kunt u dat sluiten om de prestaties te verbeteren.
Dreamweaver legt ook alle activiteiten vast die plaatsvinden tijdens de bestandsoverdracht via FTP. Als er een fout optreedt
wanneer u een bestand overbrengt via FTP, kunt u met behulp van het FTP-logboek van de site vaststellen wat de aard van
het probleem is.
Zie www.adobe.com/go/vid0163_nl voor een zelfstudie over het plaatsen van bestanden op een externe server.
Zie www.adobe.com/go/vid0164_nl voor een zelfstudie over het oplossen van publicatieproblemen.
Bestanden plaatsen op een externe server of testserver via het deelvenster Bestanden
1. Selecteer in het deelvenster Bestanden (Venster > Bestanden) de bestanden die u wilt uploaden.
Gewoonlijk selecteert u deze bestanden in de weergave Lokaal, maar u kunt desgewenst de corresponderende bestanden ook
in de weergave Extern selecteren.
Opmerking: U kunt alleen die bestanden plaatsen waarvan de lokale versie recenter is dan de externe versie.
2. Voer een van de volgende handelingen uit om het bestand op de externe server te plaatsen:
Klik op de knop Plaatsen op de werkbalk van het deelvenster Bestanden.
Klik met de rechtermuisknop (Windows) of klik terwijl u Control ingedrukt houdt (Macintosh) op het bestand in het
deelvenster Bestanden en selecteer vervolgens Plaatsen in het snelmenu.
3. Als het bestand nog niet is opgeslagen, wordt er een dialoogvenster weergegeven (mits u deze voorkeur in de categorie Site
van het dialoogvenster Voorkeuren hebt ingesteld) waarin u de kans krijgt het bestand op te slaan voordat u het op de externe
server plaatst. Klik op Ja om het bestand op te slaan of op Nee als u de vorige opgeslagen versie van het bestand op de
externe server wilt plaatsen.
Opmerking: Als u het bestand niet opslaat, worden de wijzigingen die u hebt aangebracht nadat u het bestand voor de laatste
keer hebt opgeslagen, niet op de externe server geplaatst. Het bestand blijft echter open, dus u kunt desgewenst de
wijzigingen alsnog opslaan nadat u het bestand op de server hebt geplaatst.
4. Klik op Ja om samen met de geselecteerde bestanden ook de afhankelijke bestanden te uploaden of klik op Nee als u geen
afhankelijke bestanden wilt uploaden. Standaard worden afhankelijke bestanden niet geladen. U kunt deze optie instellen met
Bewerken > Voorkeuren > Site.
Opmerking: Het is meestal verstandig om afhankelijke bestanden te uploaden wanneer u een nieuw bestand incheckt, maar
als de meest recente versies van de afhankelijke bestanden al op de externe server aanwezig zijn, is het niet nodig om deze
bestanden nogmaals te uploaden.
Als u de bestandsoverdracht op een gegeven moment wilt stoppen, klikt u op Annuleren in het dialoogvenster
Bestandsactiviteiten op de achtergrond.
Bestanden op een externe server plaatsen via het documentvenster
1. Zorg ervoor dat het document actief is in het documentvenster.
2. Voer een van de volgende handelingen uit om het bestand te plaatsen:
Selecteer Site > Plaatsen.
Klik op het pictogram Bestandsbeheer op de werkbalk van het documentvenster en selecteer Plaatsen in het menu dat
verschijnt.
Opmerking: Als het huidige bestand geen deel uitmaakt van de huidige site in het deelvenster Bestanden, probeert
Dreamweaver vast te stellen tot welke lokaal gedefinieerde site het huidige bestand behoort. Als het huidige bestand
slechts tot één lokale site behoort, wordt deze site door Dreamweaver geopend en wordt de bewerking Plaatsen
uitgevoerd.
166