Operation Manual

Naar boven
pagina en wordt aan de server doorgegeven. Als u URL-variabelen gebruikt, bevat de queryreeks een of meer naam-/waardeparen die aan de
formuliervelden zijn gekoppeld. Deze naam-/waardeparen worden aan de URL toegevoegd.
Formulierparameters slaan opgehaalde informatie op die in de HTTP-aanvraag voor een webpagina is opgenomen. Als u een formulier maakt dat
de methode POST gebruikt, worden de gegevens die door het formulier zijn verzonden, doorgegeven aan de server. Voordat u begint, moet u
ervoor zorgen dat u een formulierparameter aan de server doorgeeft.
Over sessievariabelen
Met sessievariabelen kunt u informatie opslaan en weergeven die gedurende het bezoek van een gebruiker (een gebruikerssessie) wordt
vastgehouden. De server maakt voor elke gebruiker een afzonderlijk sessieobject en onderhoudt dat gedurende een ingestelde periode of tot het
object expliciet wordt beëindigd.
Omdat sessievariabelen gedurende een hele gebruikerssessie bestaan, ook wanneer de gebruiker van de ene pagina naar de andere binnen de
website gaat, zijn ze bijzonder geschikt om gebruikersvoorkeuren op te slaan. Sessievariabelen kunnen ook worden gebruikt om een waarde in de
HTML-code van een pagina in te voegen, om een waarde aan een lokale variabele toe te wijzen of om een waarde op te geven om een
voorwaardelijke expressie te evalueren.
Voordat u sessievariabelen voor een pagina definieert, moet u ze in de broncode maken. Wanneer u een sessievariabele in de broncode van de
webtoepassing hebt gemaakt, kunt u met Dreamweaver de waarde ervan ophalen en op een webpagina gebruiken.
Hoe werken sessievariabelen
Sessievariabelen slaan informatie (doorgaans door gebruikers ingediende formulier- of URL-parameters) op en stellen deze voor de duur van het
bezoek van de gebruiker beschikbaar aan alle pagina's van de webtoepassing. Wanneer gebruikers zich bijvoorbeeld aanmelden bij een
webportaal dat toegang biedt tot e-mail, aandelenprijzen, weerberichten en dagelijks nieuws, slaat de webtoepassing de aanmeldingsgegevens op
in een sessievariabele die de gebruiker identificeert voor de pagina's van de gehele site. Hierdoor ziet de gebruiker alleen de typen inhoud die de
gebruiker heeft geselecteerd bij het navigeren door de site. Sessievariabelen kunnen ook een beveiligingsmechanisme bieden waarmee de sessie
van de gebruiker wordt beëindigd als de account een bepaalde tijd inactief is. Dit maakt ook geheugen op de server en verwerkingsresources vrij
als de gebruiker vergeet om zich bij een website af te melden.
Sessievariabelen slaan informatie op voor de duur van de gebruikssessie. De sessie begint wanneer de gebruiker een pagina binnen de
toepassing opent en eindigt wanneer de gebruiker niet binnen een bepaalde tijd een andere pagina in de toepassing opent of wanneer de
gebruiker expliciet de sessie beëindigt (doorgaans door op de koppeling voor afmelden te klikken). Zolang deze bestaat, is de sessie specifiek
voor een afzonderlijke gebruiker, waarbij elke gebruiker een afzonderlijke sessie heeft.
Gebruik sessievariabelen om gegevens op te slaan, waartoe elke pagina in een webtoepassing toegang kan hebben. Dit kunnen zeer
uiteenlopende gegevens zijn, zoals de gebruikersnaam, de gewenste tekengrootte of een vlag die aangeeft of de gebruiker zich met succes heeft
aangemeld. Sessievariabelen worden ook vaak gebruikt voor het bijhouden van een lopend aantal, bijvoorbeeld het aantal vragen dat tot dusverre
correct is beantwoord bij een online-quiz of de producten die de gebruiker tot dan heeft geselecteerd in een onlinecatalogus.
Sessievariabelen kunnen alleen functioneren als de browser van de gebruiker is geconfigureerd voor het accepteren van cookies. De server
genereert een id-nummer voor de sessie waarmee de gebruiker op unieke wijze wordt geïdentificeerd wanneer de sessie wordt gestart, en zendt
vervolgens een cookie met het id-nummer naar de browser van de gebruiker. Wanneer de gebruiker om een andere pagina op de server verzoekt,
leest de server het cookie op de browser om de gebruiker te identificeren en de in het geheugen van de server opgeslagen sessievariabelen van
de gebruiker op te halen.
Informatie in sessievariabelen verzamelen, opslaan en ophalen
Voordat u een sessievariabele maakt, moet u eerst de informatie die u wilt opslaan, verzamelen en deze vervolgens naar de server verzenden
waar de informatie wordt opgeslagen. U kunt informatie verzamelen en naar de server verzenden met behulp van HTML-formulieren of
hypertextkoppelingen met URL-parameters. U kunt ook informatie verzamelen via cookies die op de computer van de gebruiker zijn opgeslagen,
via HTTP-koppen die door de browser van de gebruiker met een paginaverzoek worden verzonden of vanuit een database.
URL-parameters die worden opgeslagen in sessievariabelen, vindt u bijvoorbeeld vaak in productcatalogi. In een productcatalogus worden 'hard-
coded' URL-parameters die worden gemaakt met een koppeling, gebruikt om productinformatie terug te sturen naar de server, zodat deze
informatie kan worden opgeslagen in een sessievariabele. Wanneer een gebruiker op de koppeling 'Toevoegen aan winkelwagentje' klikt, wordt de
product-id opgeslagen in een sessievariabele terwijl de gebruiker doorgaat met winkelen. Wanneer de gebruiker naar de betalingspagina gaat,
wordt de in de sessievariabele opgeslagen product-ID opgehaald.
Een op formulieren gebaseerde enquête is een typisch voorbeeld van een pagina waarop formulierparameters worden opgeslagen in
sessievariabelen. Het formulier verzendt de geselecteerde informatie terug naar de server, waar een toepassingspagina een score aan de enquête
toekent en de antwoorden opslaat in een sessievariabele die moet worden doorgegeven aan een toepassing die mogelijk een totaalberekening
maakt van de reacties die zijn verzameld van alle deelnemers aan de enquête. Of de informatie wordt in een database voor later gebruik
opgeslagen.
Nadat er informatie naar de server is verzonden, slaat u de informatie op in sessievariabelen door de juiste code voor uw servermodel toe te
voegen aan de pagina die wordt opgegeven door de URL- of formulierparameter. Wordt de doelpagina genoemd. Deze pagina wordt in het
kenmerk action van het HTML-formulier of in het kenmerk href van de hypertekstkoppeling op de startpagina opgegeven.
Nadat u de waarde hebt opgeslagen in een sessievariabele, kunt u Dreamweaver gebruiken om de waarde op te halen uit sessievariabelen en
deze te gebruiken in een webtoepassing. Nadat u de sessievariabele hebt gedefinieerd in Dreamweaver, kunt u de waarde ervan invoegen in een
554