Operation Manual
Naar boven
gekozen aandelenprijzen weergeven op basis van op de beurs gebruikte symbolen die de gebruiker eerder heeft gekozen. Ontwikkelaars
van webtoepassingen gebruiken doorgaans URL-parameters om de waarden binnen toepassingen door te geven aan variabelen. U kunt
bijvoorbeeld zoektermen doorgeven aan SQL-variabelen in een webtoepassing om zo zoekresultaten te genereren.
URL-parameters maken met HTML-koppelingen
U maakt URL-parameters in een HTML-koppeling door het href-kenmerk van de HTML-ankertag te gebruiken. U kunt de URL-parameters
rechtstreeks in het kenmerk opgeven in de codeweergave (Weergave > Code) of u kunt de URL-parameters toevoegen aan het einde van de
koppelings-URL in het vak Koppeling van de eigenschappencontrole.
In het volgende voorbeeld maken drie koppelingen één URL-parameter (actie) met drie mogelijke waarden (Toevoegen, Bijwerken en
Verwijderen). Wanneer de gebruiker op een koppeling klikt, wordt er een parameterwaarde naar de server gezonden en wordt de gevraagde actie
uitgevoerd.
<a href="http://www.mysite.com/index.cfm?action=Add">Add a record</a>
<a href="http://www.mysite.com/index.cfm?action=Update">Update a record</a>
<a href="http://www.mysite.com/index.cfm?action=Delete">Delete a record</a>
Met de eigenschappencontrole (Venster > Eigenschappen) kunt u dezelfde URL-parameters maken door de koppeling te selecteren en de URL-
parameterwaarden toe te voegen aan het einde van de koppelings-URL in het vak Koppeling.
Nadat er een URL-parameter is gemaakt, kan Dreamweaver de waarde ophalen en deze in een webtoepassing gebruiken. Na het definiëren van
de URL-parameter in Dreamweaver kunt u de waarde ervan in een pagina invoegen.
Meer Help-onderwerpen
Juridische kennisgevingen | Online privacybeleid
534










