Operation Manual

Naar boven
Naar boven
enkele mechanismen worden bepaald voordat de pagina naar de browser kan worden verzonden. Het mechanisme wordt in de volgende sectie
besproken.
Dynamische pagina's verwerken
Wanneer een webserver een verzoek voor een statische webpagina ontvangt, verzendt de server de pagina rechtstreeks naar de desbetreffende
browser. Wanneer de webserver echter een verzoek voor een dynamische pagina ontvangt, reageert de server anders: De server geeft de pagina
door aan een speciaal stukje software dat voor de afhandeling van de pagina moet zorgen. Deze speciale software wordt een toepassingsserver
genoemd.
De toepassingsserver leest de code op de pagina, verwerkt de pagina volgens de instructies in de code en verwijdert de code vervolgens van de
pagina. Het resultaat is een statische pagina die de toepassingsserver weer teruggeeft aan de webserver, die de pagina op zijn beurt verzendt
naar de browser die de pagina heeft opgevraagd. Als de pagina arriveert, ontvangt de browser alleen HTML. Hier volgt een weergave van het
proces:
1. Webbrowser vraagt een dynamische pagina op. 2. Webserver zoekt de pagina en geeft deze door aan de
toepassingsserver. 3. Toepassingsserver scant de pagina voor instructies en voltooit de pagina. 4. Toepassingsserver geeft de voltooide pagina
weer terug aan de webserver 5. Webserver verzendt de voltooide pagina naar de betreffende browser.
Toegang krijgen tot een database
Door middel van een toepassingsserver kunt u bronnen aan de serverzijde gebruiken, bijvoorbeeld databases. Een dynamische pagina kan
bijvoorbeeld de toepassingsserver de instructie geven om gegevens uit een database op te halen en deze in de HTML van de pagina in te
voegen. Voor meer informatie, zie www.adobe.com/go/learn_dw_dbguide_nl.
Door een database te gebruiken voor het opslaan van inhoud kunt u het ontwerp van uw website scheiden van de inhoud die u voor de gebruikers
van de site wilt weergeven. U hoeft niet meer voor elke pagina een afzonderlijk HTML-bestand te maken, maar u kunt nu een pagina (of sjabloon)
maken voor de verschillende soorten informatie die u wilt presenteren. Vervolgens kunt u de inhoud uploaden naar een database en deze inhoud
vervolgens door de website laten ophalen als antwoord op een verzoek van de gebruiker. Tevens kunt u de informatie in één bron bijwerken en
deze wijziging vervolgens door de gehele website doorvoeren zonder dat elke pagina handmatig moet gaan bewerken. U kunt
Adobe® Dreamweaver® gebruiken om webformulieren te ontwerpen voor het invoegen, bijwerken of verwijderen van gegevens uit de database.
De instructie om gegevens uit een database op te halen, wordt een databasequery genoemd. Een query bestaat uit zoekcriteria die worden
uitgedrukt in een databasetaal die SQL (Structured Query Language) wordt genoemd. De SQL-query wordt geschreven in scripts of tags op de
server van de pagina.
Een toepassingsserver kan niet rechtstreeks met een database communiceren omdat de typische indeling van de database de gegevens
onleesbaar weergeeft, net zoals een Microsoft Word-document onleesbaar is wanneer het in Kladblok of BBEdit wordt geopend. De
toepassingsserver kan uitsluitend met de database communiceren met behulp van een databasestuurprogramma: software die als een vertaler
tussen de toepassingsserver en de database fungeert.
Nadat het stuurprogramma de communicatie tot stand heeft gebracht, wordt de query voor de database uitgevoerd en wordt een recordset
gemaakt. Een recordset is een reeks gegevens die uit een of meer tabellen in een database zijn gehaald. De recordset wordt geretourneerd aan
de toepassingsserver, die de gegevens gebruikt om de pagina te voltooien.
528