Operation Manual

Bewerkbare gebieden maken in sjablonen
Naar boven
Naar boven
Naar boven
Een bewerkbaar gebied invoegen
Bewerkbare gebieden selecteren
Een bewerkbaar gebied verwijderen
De naam van een bewerkbaar gebied wijzigen
Een bewerkbaar gebied invoegen
Bewerkbare sjabloongebieden bepalen welke gebieden van een op een sjabloon gebaseerde pagina een gebruiker kan bewerken. Voordat u een
bewerkbaar gebied invoegt, slaat u het document waarin u aan het werk bent, op als een sjabloon.
Opmerking: Als u een bewerkbaar gebied invoegt in a document in plaats van een sjabloonbestand, wordt de waarschuwing weergegeven dat
het document automatisch als een sjabloon zal worden opgeslagen.
U kunt een bewerkbaar gebied op een willekeurige plaats op uw pagina plaatsen, maar denk aan de volgende punten als u een tabel of een
absoluut gepositioneerd element (AP-element) bewerkbaar maakt:
U kunt een gehele tabel of een afzonderlijke tabelcel as bewerkbaar aanduiden, maar u kunt niet meerdere tabelcellen als één bewerkbaar
gebied aanduiden. Als een tag <td> wordt geselecteerd, omvat het bewerkbare gebied tevens het gebied om de cel. Als dit niet het geval is,
heeft het bewerkbare gebied alleen betrekking op de inhoud binnen de cel.
AP-elementen en de inhoud van AP-elementen vormen afzonderlijke elementen. Door een AP-element bewerkbaar te maken, kunt u zowel
de positie van het AP-element als de inhoud ervan wijzigen, maar door de inhoud van een AP-element bewerkbaar te maken, kunt u alleen
de inhoud van het AP-element wijzigen en niet de positie ervan.
1. Voer een van de volgende handelingen uit in het documentvenster om het gebied te selecteren:
Selecteer de tekst of inhoud die u wilt instellen als een bewerkbaar gebied.
Plaats de invoegpositie op de plaats waar u een bewerkbaar gebied wilt invoegen.
2. Voer een van de volgende handelingen uit om een bewerkbaar gebied in te voegen:
Selecteer Invoegen > Sjabloonobjecten > Bewerkbaar gebied.
Klik met de rechtermuisknop (Windows) of terwijl u Control ingedrukt houdt (Macintosh), en selecteer vervolgens Sjablonen > Nieuw
bewerkbaar gebied.
Ga naar de categorie Algemeen van het paneel Invoegen, klik op de knop Sjablonen en selecteer het pictogram Bewerkbaar gebied in
het pop-upmenu.
3. Geef in het vakje Naam een unieke naam voor het gebied op. (U kunt niet dezelfde naam voor meer dan één bewerkbaar gebied in een
bepaalde sjabloon gebruiken.)
Opmerking: Gebruik in het vakje Naam geen speciale lettertekens.
4. Klik op OK. Het bewerkbare gebied wordt omgeven door een gemarkeerde rechthoekige omtrek in de sjabloon, waarbij de markeerkleur
wordt gebruikt die is ingesteld in uw voorkeuren. Een tabblad in de linkerbovenhoek van het gebied toont de naam van het gebied. Als u een
leeg bewerkbaar gebied invoegt in het document, wordt de naam van het gebied ook binnen het gebied weergegeven.
Bewerkbare gebieden selecteren
U kunt sjabloongebieden in zowel het sjabloondocument als op een sjabloon gebaseerde documenten gemakkelijk herkennen en selecteren.
Een bewerkbaar gebied selecteren in het documentvenster
Klik op de tab in de linkerbovenhoek van het bewerkbare gebied.
Een bewerkbaar gebied zoeken en dit selecteren in het document
Selecteer Wijzigen > Sjablonen en selecteer vervolgens de naam van het gebied in de lijst onder aan dat vervolgmenu.
Opmerking: Bewerkbare gebieden die binnen een herhaald gebied vallen, worden niet weergegeven in het menu. U dient deze gebieden te
zoeken door in het documentvenster op randen met tabs te zoeken.
Het bewerkbare gebied wordt geselecteerd in het document.
Een bewerkbaar gebied verwijderen
401