Operation Manual
Naar boven
Naar boven
fonts beschikbaar wilt maken voor downloaden naar een printer, moet u de fonts tijdens de installatie van Acrobat naar uw computer hebben
gedownload met behulp van de optie voor aangepaste of volledige installatie.
Als Aziatische lettertypen downloaden niet is geselecteerd, wordt de PDF alleen goed afgedrukt als de lettertypen waarnaar wordt verwezen, op
de printer zijn geïnstalleerd. Als de printer soortgelijke fonts heeft, worden deze gebruikt. Als de printer geen geschikte fonts heeft, wordt Courier
gebruikt voor de tekst.
Als Aziatische fonts downloaden niet het gewenste resultaat oplevert, drukt u de PDF af als een bitmapafbeelding. Afdrukken Als u een document
afdrukt als een afbeelding, kan dit langer duren dan wanneer een vervangend printerfont wordt gebruikt.
Opmerking: Sommige fonts kunnen niet naar een printer worden gedownload, omdat het font een bitmap is of omdat fontinsluiting voor het
document is beperkt. In deze gevallen wordt een vervangend font gebruikt en komt de afdruk mogelijk niet overeen met de schermweergave.
Uitvoeropties (Acrobat Pro)
In het venster Uitvoer van het dialoogvenster Geavanceerde afdrukinstellingen kunt u uitvoeropties instellen.
Kleur Hiermee worden opties voor samengestelde en gescheiden uitvoer weergegeven. Afhankelijk van uw keuze in dit menu zijn er andere opties
beschikbaar in het venster Uitvoer. Zie Afdrukken kleur PDF's (Acrobat Pro) voor meer informatie over samengestelde kleuren en
kleurscheidingen.
Omdraaien Hiermee bepaalt u de richting van de pagina op het afdrukmateriaal. Draai horizontaal voor documenten die niet op de normale
manier leesbaar zijn, draai verticaal om de verticale richting te wijzigen. Deze optie is alleen ingeschakeld voor scheidingen en uitgeschakeld voor
samenstellingen.
Negatief Selecteer de optie om het document omgekeerd af te drukken. Zwart verschijnt dan bijvoorbeeld als wit op de afdruk. Deze optie is
alleen ingeschakeld voor scheidingen en uitgeschakeld voor samenstellingen.
Screening Hiermee bepaalt u de combinaties van het aantal lijnen per inch (lpi) en punten per inch (dpi).
Overvullen Hiermee bepaalt u of overvullen uitgeschakeld is. Klik op Voorinstellingen overvulling om de vooraf ingestelde voorinvulling te
beheren.
Voorinstelling voor transparantieafvlakking Hiermee worden transparante objecten afgevlakt op basis van de voorinstelling die u hebt gekozen.
Overdrukken simuleren Hiermee wordt het effect gesimuleerd van het overdrukken van steuninkten in samengestelde uitvoer en worden
steunkleuren geconverteerd om kleuren voor afdrukken te verwerken. Het document zelf blijft ongewijzigd. Deze optie is handig voor
afdrukapparaten die overdrukken niet ondersteunen en is alleen beschikbaar als u Samengesteld hebt gekozen in het menu Kleur. Selecteer deze
optie niet als u een bestand voor scheidingen op een RIP (Raster Image Processor) of voor de uiteindelijke afdruk wilt gebruiken.
Belangrijk: Controleer of deze optie is uitgeschakeld wanneer u afdrukt op een printer die overdrukken ondersteunt, zodat de eigen
overdrukmogelijkheden van de printer worden gebruikt.
Maximaal resolutie voor JPEG2000-afbeelding gebruiken Hiermee bepaalt u hoe informatie over resolutieprogressie, indien aanwezig, wordt
gebruikt wanneer PostScript wordt gegenereerd. Wanneer deze optie is ingeschakeld, wordt de maximale resolutie-informatie in de afbeelding
gebruikt. Is de optie niet ingeschakeld, dan is de resolutie-informatie consistent met de resolutie-instellingen in het venster
Transparantieafvlakking.
Inktbeheer Hiermee wijzigt u de manier waarop wordt omgegaan met inkt terwijl de huidige PDF is geopend. Zie Overzicht van Inktbeheer.
Halftoonrasterfrequentie opgeven (Acrobat Pro)
In commercieel drukwerk wordt een continutoon gesimuleerd met stippen (ook wel halftoonstippen genoemd) die worden afgedrukt in rijen (ook
wel lijnen of lijnrasters genoemd). Lijnen worden afgedrukt bij verschillende hoeken, zodat de rijen minder opvallen. In het menu Rasteren in het
gedeelte Uitvoer van het dialoogvenster Afdrukken worden de aanbevolen sets voor lijnrasters in lijnen per inch (lpi) en voor resolutie in stippen
per inch (dpi) weergegeven. Deze waarden zijn gebaseerd op het momenteel geselecteerde PPD-bestand. Als u inkten selecteert in de inktenlijst,
worden de waarden in de vakken Frequentie en Hoek gewijzigd. Op deze manier worden de rasterfrequentie en -hoek voor een type inkt getoond.
Bij een hoge rasterliniëring (bijvoorbeeld 150 lpi) staan de puntjes op de afdruk dicht bij elkaar waardoor de afbeelding scherper wordt afgedrukt.
Bij een lage rasterliniëring (60 lpi tot 85 lpi) staan de puntjes verder van elkaar af en wordt de afbeelding grover. De grootte van de puntjes wordt
mede bepaald door het lijnraster. Bij een dichte rasterliniëring worden kleine punten gebruikt en bij een lage rasterinstelling worden grote punten
gebruikt. De belangrijkste factor bij het kiezen van een rasterliniëring is het type drukpers waarop uw document wordt afgedrukt. Vraag aan de
drukkerij welk lijnraster er maximaal mogelijk is bij hun drukpers en stel aan de hand van dat gegeven uw opties in.