Operation Manual
Naar boven
Naar boven
volgende opties:
Decimaalteken en scheidingsteken voor duizendtallen detecteren op basis van landinstellingen
De volgende tekens instellen als decimaalteken en scheidingsteken voor duizendtallen Typ of kies scheidingstekens in de betreffende velden.
Indien nodig OCR uitvoeren Hiermee wordt tekst herkend als de PDF afbeeldingen met tekst bevat.
Taal instellen Hier kunt u de taalinstelling voor de OCR opgeven.
Opties voor PostScript of Encapsulated PostScript (EPS)
U kunt een PDF naar PostScript® exporteren, zodat u het bestand in afdruk- en prepress-toepassingen kunt gebruiken. Het PostScript-bestand
bevat volledige DSC-opmerkingen (Document Structuring Conventions) en andere geavanceerde gegevens die door Adobe Acrobat Distiller®
worden behouden. U kunt ook een EPS-bestand maken van een willekeurige PDF die u in andere toepassingen wilt plaatsen of openen. Welke
opties beschikbaar zijn, is afhankelijk van de indeling waarnaar u converteert: PostScript of EPS.
Opmerking: als u EPS-bestanden maakt voor kleurscheidingen in Acrobat Pro, moeten de kleurruimten van alle afbeeldingen op CMYK-waarden
ingesteld zijn.
Bestand met printerbeschrijving De PPD (PostScript Printer Description) biedt de vereiste gegevens voor het correct indelen van een
PostScript-bestand voor een bepaald uitvoerapparaat. Met Apparaatonafhankelijk kunt u alleen samengestelde PostScript- en EPS-bestanden
maken (dus niet met gescheiden kleuren). Via Standaard in Acrobat kunt u nagaan welke typen PostScript-bestanden u kunt maken en kunt u alle
standaardinstellingen voor de conversie herstellen. Adobe PDF 7.0 is compatibel met de meeste apparaten. Deze optie is alleen beschikbaar voor
de indeling PostScript (PS).
ASCII of Binair Hiermee kunt u de uitvoerindeling van afbeeldingsgegevens opgeven. Binaire uitvoer levert kleinere bestanden op, maar niet alle
werkstromen kunnen binaire uitvoer verwerken.
PostScript Hiermee bepaalt u het niveau van de PostScript-compatibiliteit. Gebruik Taalniveau 3 alleen als het gewenste uitvoerapparaat dit
ondersteunt. Taalniveau 2 is geschikt voor EPS-bestanden die in een ander document worden geplaatst met gescheiden kleuren. Gebruik
Taalniveau 2 voor EPS-bestanden die u in Microsoft-toepassingen wilt importeren.
Fontinvoeging Hiermee geeft u de lettertypen op die moeten worden opgenomen in het PostScript. Ingesloten lettertypen worden van de PDF
genomen; de lettertypen waarnaar wordt verwezen, worden van de gebruikte computer genomen.
Opmerkingen opnemen Hiermee wordt het uiterlijk van opmerkingen behouden in het resulterende PostScript-bestand.
TrueType naar Type 1 converteren Hiermee converteert u TrueType-lettertypen naar Type 1-lettertypen in het resulterende PostScript-bestand.
Afdrukvoorbeeld opnemen Hier wordt aangegeven of er een TIFF-voorbeeldbestand wordt gemaakt voor het resulterende EPS-bestand. Deze
optie is niet beschikbaar als u opslaat als PostScript.
Paginabereik Hiermee geeft u aan welke pagina's u wilt exporteren. Wanneer u bestanden exporteert als EPS-uitvoer, wordt elke pagina binnen
het bereik als afzonderlijk EPS-bestand opgeslagen.
Opties voor tekst en XML
Codering De codering verwijst naar de binaire waarden (gebaseerd op internationale standaards) die worden gebruikt voor de weergave van
teksttekens. UTF-8 is een Unicode-weergave van tekens waarbij elk teken (byte) uit 8 bits bestaat; UTF-16 is een weergave met 16 bits per teken
(byte). ISO-Latin-1 is een 8-bits weergave van tekens en is een superset van ASCII. UCS-4 is een Universal Character Set (universele tekenset)
die is gecodeerd als 4 bytes (van 8 bits). HTML/ASCII is een 7-bits tekenweergave die is ontwikkeld door ANSI.
Als u de codering Standaardwaarde tabel gebruiken selecteert, wordt de standaardtekencodering gebruikt die is vastgelegd in de
toewijzingstabellen. U vindt deze in de map Plug-ins\SaveAsXML\MappingTables. In deze toewijzingstabellen is een groot aantal kenmerken van
de gegevensuitvoermethode vastgelegd, zoals de volgende standaardtekencoderingen: UTF-8 (Opslaan als XML of HTML 4.0.1) en HTML/ASCII
(Opslaan als HTML 3.2).
Bladwijzers maken Hiermee genereert u bladwijzerkoppelingen voor HTML- of XML-documenten. De koppelingen worden aan het begin van het
resulterende HTML- of XML-document geplaatst.
Labels genereren voor niet-gelabelde bestanden Hiermee genereert u codes voor bestanden die nog niet zijn gecodeerd, zoals PDF's die met
Acrobat 4.0 of lager zijn gemaakt. Als u deze optie niet inschakelt, worden niet-gecodeerde bestanden niet geconverteerd.
Opmerking: Labels worden alleen toegepast als onderdeel van het conversieproces en worden na de conversie genegeerd. Deze methode is niet
bestemd voor het maken van gecodeerde PDF's van oudere bestanden.
Afbeeldingen genereren Hiermee bepaalt u hoe afbeeldingen worden geconverteerd. Vanuit HTML- en XML-documenten wordt verwezen naar
geconverteerde afbeeldingsbestanden.
Submap gebruiken Hier geeft u aan in welke map de gegenereerde afbeeldingen worden opgeslagen. De standaardwaarde is Afbeeldingen.
Voorvoegsel gebruiken Hier geeft u het voorvoegsel op dat aan de namen van de afbeeldingsbestanden moet worden toegevoegd als er
meerdere versies van hetzelfde bestand zijn. De bestandsnamen die aan afbeeldingen worden toegewezen, hebben de indeling
bestandsnaam_img_#.
Uitvoerindeling Hiermee geeft u de definitieve bestandsindeling van afbeeldingen op. De standaardindeling is JPG.
Downsampling naar Hiermee voert u een downsampling uit op afbeeldingsbestanden met de aangegeven resolutie. Als u deze optie niet
selecteert, krijgen afbeeldingsbestanden dezelfde resolutie als het bronbestand. Afbeeldingsbestanden worden nooit geüpsampled.
Meer Help-onderwerpen