Operation Manual
Naar boven
Opmerking:
Een aangepast gereedschap bewerken, verwijderen, hernoemen of delen
U kunt gereedschapssets bewerken, een andere naam geven, kopiƫren, verwijderen, opnieuw rangschikken
en delen. U kunt de volgorde van de gereedschapssets in het menu Aanpassen opgeven door ze omhoog of
omlaag in de lijst te verplaatsen. U kunt gereedschapssets met uw werkgroep delen met de opties Importeren
en Exporteren.
Kies Gereedschappen > [naam van aangepast gereedschap] > klik op de knop Pijl-
omlaag en kies vervolgens de gewenste optie.
Beheeropties voor aangepast gereedschap
Navigatievenster
Het navigatiegebied is een gedeelte van het werkgebied waarin u verschillende navigatievensters kunt
weergeven. In het navigatievenster kunnen verschillende functionele gereedschappen worden weergegeven.
Het venster Paginaminiaturen bevat bijvoorbeeld miniaturen van elke pagina. Als u op een miniatuur klikt,
wordt de bijbehorende pagina in het document geopend.
Als u een PDF opent, is het navigatievenster standaard gesloten. Knoppen langs de linkerkant van het
werkgebied geven toegang tot verschillende deelvensters, zoals de knop Paginaminiaturen
en de
deelvensterknop Bladwijzers
. Als u Acrobat hebt gestart maar geen PDF hebt geopend, is het
navigatievenster niet beschikbaar.
Het navigatiegebied tonen of verbergen
1. Als u het navigatiegebied wilt openen, voert u een van de volgende handelingen uit:
Klik op een willekeurige vensterknop aan de linkerkant van het werkgebied om het
desbetreffende venster te openen.
Kies Beeld > Tonen/verbergen > Navigatievensters > Navigatiegebied tonen.
2. Als u het navigatiegebied wilt sluiten, voert u een van de volgende handelingen uit:
Klik op de knop van het venster dat momenteel in het navigatiegebied is geopend.
Kies Beeld > Tonen/verbergen > Navigatievensters > Navigatiegebied verbergen.
De maker van de PDF kan de inhoud van bepaalde navigatievensters bepalen en deze leeg
maken.
Het weergavegebied voor navigatievensters wijzigen
Alle navigatievensters, zoals Bladwijzers, worden in een kolom aan de linkerkant van het werkgebied
weergegeven.










