Operation Manual

Table Of Contents
351
WERKEN MET ACROBAT 9 PRO EXTENDED
PDF's bewerken
Een bestand openen Hiermee wordt een bestand gestart en geopend. Als u een PDF-bestand met een koppeling naar
een ander bestand verspreidt, heeft de lezer de oorspronkelijke toepassing van dat gekoppelde bestand nodig om het
bestand te openen. Mogelijk moet u voor het doelbestand voorkeuren voor openen toevoegen.
Een webkoppeling openen Hiermee wordt naar het opgegeven doel op internet gegaan. U kunt http-, ftp- en mailto-
protocollen gebruiken om de koppeling te definiëren.
Een geluid afspelen Hiermee wordt het opgegeven geluidsbestand afgespeeld. Het geluid is ingesloten in het PDF-
document in een indeling die geschikt is voor meerdere platforms.
Media afspelen (compatibel met Acrobat 5) Hiermee wordt de opgegeven QuickTime- of AVI-film afgespeeld die als
Acrobat 5-compatibel is gemaakt. De opgegeven film moet in een PDF-document zijn ingesloten.
Media afspelen (compatibel met Acrobat 6 en hoger) Hiermee wordt een opgegeven film afgespeeld die als Acrobat 6-
compatibel is gemaakt. De opgegeven film moet in een PDF-document zijn ingesloten.
Een artikel lezen Hiermee wordt een artikelthread in het actieve document of in een ander PDF-document gevolgd.
Een formulier opnieuw instellen Hiermee worden de gegevens gewist die eerder in een formulier zijn ingevoerd. U
kunt in het dialoogvenster Velden selecteren aangeven welke velden opnieuw moeten worden ingesteld.
JavaScript uitvoeren Hiermee wordt het opgegeven JavaScript uitgevoerd.
Zichtbaarheid van laag instellen Hiermee bepaalt u welke laaginstellingen actief zijn. Voordat u deze handeling
toevoegt, geeft u de juiste laaginstellingen op.
Een veld tonen/verbergen Hiermee wordt een veld in een PDF-document weergegeven of verborgen. Deze optie is
vooral handig bij formuliervelden. Als er bijvoorbeeld een object moet worden weergegeven wanneer de aanwijzer zich
op een knop bevindt, kunt u een handeling instellen waarmee een veld wordt weergegeven bij de trigger Cursor binnen
gebied en wordt verborgen bij Cursor buiten gebied.
Een formulier verzenden Hiermee verzendt u de formuliergegevens naar de opgegeven URL.
Typen triggers
Triggers bepalen hoe handelingen worden geactiveerd in mediaclips, pagina's en formuliervelden. U kunt bijvoorbeeld
een film- of geluidsclip opgeven die moet worden afgespeeld wanneer een pagina wordt geopend of gesloten. Welke
opties beschikbaar zijn, is afhankelijk van het opgegeven pagina-element.
U kunt de volgende triggers gebruiken voor mediaclips en formuliervelden (niet voor koppelingen of bladwijzers):
Muisknop loslaten Wanneer na het klikken de muisknop wordt losgelaten. Dit is de meest voorkomende knoptrigger,
omdat gebruikers de aanwijzer nog van de knop kunnen weghalen als zij de handeling niet willen uitvoeren.
Pagina zichtbaar (alleen mediaclips) Wanneer de pagina die de mediaclip bevat zichtbaar is, ongeacht of het de
huidige pagina is. Een pagina kan zichtbaar zijn zonder dat het de huidige pagina is, zoals wanneer pagina's naast elkaar
worden weergegeven bij een indeling met doorlopende pagina's.
Pagina verborgen (alleen mediaclips) Wanneer de pagina met de mediaclip uit de weergave wordt verplaatst.
Pagina openen (alleen mediaclips) Wanneer de pagina met de mediaclip de huidige pagina wordt.
Pagina sluiten (alleen mediaclips) Wanneer een gebruiker de pagina verlaat die de mediaclip bevat.
Muisknop indrukken Wanneer er met de muisknop wordt geklikt en de muisknop ingedrukt blijft. In de meeste
gevallen is Muisknop loslaten de voorkeurstrigger.
Cursor binnen gebied Wanneer de aanwijzer naar het veld of afspeelgebied gaat.
Cursor buiten gebied Wanneer de aanwijzer het veld of afspeelgebied verlaat.