Operation Manual

ADOBE ACROBAT 8 STANDARD
Handboek
40
Meetgereedschappen
A. Werkbalk Meten B. Object dat wordt gemeten C. Gereedschapsvenster
1 Kies Opties > Meten en selecteer een gereedschap. Of klik met de rechtermuisknop in het werkbalkgebied of klik erin
terwijl u Control ingedrukt houdt en kies vervolgens Meten.
2 Als u gebieden van uw PDF-document wilt meten, gaat u op een van de volgende manieren te werk:
• Selecteer het gereedschap Afstand om de afstand tussen twee punten te meten. Klik op het eerste punt, ga met
de aanwijzer naar het tweede punt en klik op het tweede punt. De maten verschijnen in het dialoogvenster van het
gereedschap.
• Selecteer het gereedschap Omtrek om een set afstanden tussen meerdere punten te meten. Klik op elk punt dat u wilt
meten. Zodra u klaar bent, dubbelklikt u op het laatste punt of plaatst u de muisaanwijzer op het laatste punt en klikt u.
• Selecteer het gereedschap Gebied om het gebied te meten binnen de lijnsegmenten die u tekent. Klik op elk punt dat
u wilt meten. Nadat u op ten minste twee punten hebt geklikt, klikt u nogmaals op het eerste punt om de
oppervlaktemeting te voltooien.
Opmerking: u kunt een meting ook voltooien door met de rechtermuisknop te klikken of te klikken terwijl u Control ingedrukt
houdt en in het contextmenu Meting voltooien te kiezen.
3 Ga tijdens het meten van objecten op een van de volgende manieren te werk:
• Als u de schaalverhouding (bijvoorbeeld 3:2) in de tekengebieden wilt wijzigen, geeft u de juiste getallen op in het
gereedschapsvenster. U kunt desgewenst de maateenheid naast dit verhoudingsgetal wijzigen.
• Selecteer in het gereedschapsvenster de optie Maatmarkeringen als u de lijnen die u tekent, als opmerking wilt
weergeven. U kunt vervolgens met het gereedschap Handje dubbelklikken op de opmerking en de meting weergeven
voor de segmenten die u hebt getekend. Tenzij u Maatmarkeringen hebt ingeschakeld, verdwijnt het object dat u hebt
getekend als u een ander object meet of een ander hulpmiddel selecteert.
Het venster Info weergeven
In het venster Info ziet u de coördinaten van de aanwijzerpositie in het documentvenster. De positienummering begint in
de linkerbovenhoek van het document. In het venster Info worden ook de breedte en hoogte van een geselecteerd object
weergegeven als u de grootte ervan wijzigt.
X- en Y-coördinaten weergeven
1 Kies Beeld > Navigatievensters > Info.
A
B
C