Operation Manual
ADOBE ACROBAT 8 STANDARD
Handboek
239
Zie ook
“Een bijlage toevoegen” op pagina 249
Tekst bewerken
U kunt kleine hoeveelheden tekst in een PDF toevoegen of vervangen als het font op uw systeem is geïnstalleerd. Anders
kunt u alleen tekstkenmerken bewerken . Gaat het om uitgebreide wijzigingen, dan moet u het oorspronkelijke document
bewerken op basis waarvan de PDF is gemaakt.
1 Kies Opties > Geavanceerd bewerken > TouchUp-tekst.
2 Selecteer de tekst die u wilt bewerken.
3 Typ om tekst te vervangen of druk op Delete om tekst te verwijderen.
Als u geen tekst kunt bewerken, gelden voor het document mogelijk beveiligingsbeperkingen.
Zie ook
“Tekst bewerken” op pagina 257
Tekst opmaken
U kunt diverse tekstkenmerken wijzigen, zoals het font en de fontgrootte, de kleur, de afstand tussen tekens of woorden, de
verschuiving van de basislijn en de horizontale schaling.
1 Kies Opties > Geavanceerd bewerken > TouchUp-tekst.
2 Klik in de tekst die u wilt bewerken, en klik vervolgens met de rechtermuisknop of houd Control ingedrukt terwijl u klikt
en kies Eigenschappen.
3 Wijzig de tekstkenmerken.
Als het vereiste font op uw systeem is geïnstalleerd, kunt u de tekst ook bewerken met het gereedschap TouchUp-tekst.
Zie ook
“Tekst bewerken” op pagina 257
Object-metagegevens weergeven
U kunt de metagegevens van bepaalde afbeeldingen, codes en objecten bekijken. Ga op een van de volgende manieren te werk:
• Kies voor een object Opties > Geavanceerd bewerken > TouchUp-object. Klik met de rechtermuisknop op het object of
klik erop terwijl u Control ingedrukt houdt, en kies Metagegevens tonen. Als deze opdracht niet beschikbaar is, bevat
het object geen metagegevens.
• Kies voor een Visio-object Opties > Objectgegevens > Objectgegevens. Dubbelklik op het object om de bijbehorende
metagegevens weer te geven in de Modelstructuur.
Zie ook
“Objectgegevens en metagegevens weergeven” op pagina 265
Inhoud op lagen weergeven
Met het venster Lagen kunt u informatie weergeven die is opgeslagen op verschillende lagen van een PDF.
1 Klik op de knop Lagen in het navigatiegebied.
2 Klik op het oogpictogram om de inhoud van een laag te verbergen. Klik op het lege vak om de inhoud van een laag
weer te geven.