Operation Manual

De camera en camcorder gebruiken - 35
Tik in het cameravenster op het tabblad [Settings] (Instellingen) om
de instellingen voor [Camera] (Camera), [Camcorder] (Camcorder) en
[General] (Algemeen) te openen. Tik op de knop [Record]
(Opnemen) om de camcorder direct te laten opnemen. Tijdens de
opname kunt u de instellingen voor de camera/camcorder niet
wijzigen. Druk op de rode knop [Stop recording] (Opname stoppen)
om te stoppen met opnemen.
Location (Locatie): U kunt instellen of de locatie (op basis van
GPS) moet worden opgeslagen in de afbeeldingsgegevens. Er
wordt een satellietpictogram op het scherm weergegeven als deze
optie actief is.
Location (Locatie): U kunt instellen of de locatie (op basis van
GPS) moet worden opgeslagen in de afbeeldingsgegevens. Er
wordt een satellietpictogram op het scherm weergegeven als deze
optie actief is.
Instellingenmenu's
Algemeen
[Storage] (Opslag): Interne opslag of SD-kaart
Location (Locatie): U kunt instellen of de locatie (op basis van
GPS) moet worden opgeslagen in de afbeeldingsgegevens. Er
wordt een satellietpictogram op het scherm weergegeven als deze
optie actief is.
Grid (Raster): Schakelt het raster in of uit.
Tutorial (Instructies): De instructievideo voor de camera bekijken.
Reset to default (Standaardwaarden herstellen): De camera-
instellingen terugzetten op de oorspronkelijke waarden.
Camera
U dient het volgende aan te passen:
Opmerking
Sommige van de volgende instellingen zijn niet beschikbaar voor de camera
aan de voorkant.