Operation Manual
DU-23
Belichtingscompensatie/Tegenlichtcorrectie
U kunt foto’s nemen waarbij u de achtergrond bewust intenser of donkerder maakt. Deze
instellingen worden gebruikt als er geen geschikte intensiteit (belichting) bereikt kan worden
in omstandigheden waarin het verschil in intensiteit tussen het voorwerp en de achtergrond
(het contrast) groot is, of wanneer het voorwerp dat u wilt fotograferen heel klein is tegen de
achtergrond. De belichting kan ingesteld worden in eenheden van 0,3 EV.
1. Stel de modusschakelaar in op [ ] en druk
op de toets.
Iedere druk op de toets geeft de
instellingen als volgt weer [Blank], [ ]
Backlight Correction en [ ] Exposure
Compensation.
2. Stel de belichtingswaarde in met de S / T
toetsen.
Druk op de S toets om de waarde te verhogen.
Druk op de T toets om de waarde te verlagen.
Het instellingsbereik van de
belichtingscompensatie is als volgt:
-2,0, -1,7, -1,3, -1,0, -0,7, -0,3, 0, +0,3, +0,7,
+1,0, +1,3, +1,7, +2,0
Druk op de toets om de instelling te
bevestigen.
Hoe hoger de waarde, hoe intenser de
foto. Hoe lager de waarde, hoe donkerder
de foto. De ingestelde waarde wordt op
het scherm weergegeven.
Effectieve voorwerpen en instelwaarden
+ (positieve) compensatie
* Drukwerk dat bestaat uit zwarte tekst op wit papier
* Tegenlicht
* Heldere scènes of sterk weerkaatst licht zoals skihellingen
* Als de lucht een groot deel van het scherm beslaat
- (negatieve) compensatie
* Mensen belicht door voetlicht, in het bijzonder tegen een donkere achtergrond
* Drukwerk dat bestaat uit witte tekst op zwart papier
* Onderwerpen die weinig licht weerkaatsen zoals groenblijvende bomen of donker
gebladerte
Tegenlichtcorrectie (+1,3, vast)
* Als de achtergrond helder en het onderwerp donker is.
* Als onderwerpen (mensen) een lichtbron hebben zoals de zon achter hun rug.